Het Europese goedkeuringsproces voor pesticiden is ondoorzichtig en foutgevoelig. Gegevensanalyse van een team van Duitse journalisten toont aan hoe overheidsinstanties risicobeoordelingen van de sector letterlijk overnemen. Of de schadelijkheid van een stof echt is gecontroleerd, is onduidelijk en niet na te trekken. Een artikel over roekeloze toezichthouders die spelen met gif.
De schappen liggen er weer vol mee, deze dagen: mandarijnen,
sinaasappels en andere gewassen. Ter bescherming tegen insecten en
ander ongedierte vertrouwen landbouwers nig steeds massaal op het
gebruik van pesticiden. Maar pesticiden zijn controversieel, omdat de
gevolgen voor de menselijke gezondheid en het milieu moeilijk te
beoordelen zijn.
We hebben het vaak gehad over glyfosaat, het bestrijdingsmiddel van
gifmenger Bayer/Monsanto, dat overigens van de Europese Unie nog
steeds massaal onze gezondheid aan mag tasten. De fabrikant beschikt
kennelijk over een succesvolle lobbygroep, dat de EU de gezondheid van
haar burgers ondergeschikt vindt aan het belang van de producent. Maar
misschien dat invloedrijke personen onder tafel wat toegeschoven
krijgen?
Een ander controversieel middel is chloorpyrifos, een zeer effectieve
neurotoxine dat voornamelijk wordt gebruikt bij citrusvruchten om
insecten te bestrijden. Nog maar een paar weken geleden kwam de pan-Europese
goedkeuring van chloorpyrifos onder vuur: wetenschappers hadden
ontdekt dat de autoriteit die verantwoordelijk was voor de
risicobeoordeling blijkbaar ongeautoriseerde informatie van de
fabrikant had aanvaard. Doorbraakgegevens over gezondheidsrisico's,
zelfs bij een lage dosis, vielen zo buiten schot. Chloorpyrifos wordt
ervan verdacht de ontwikkeling van de hersenen van ongeboren kinderen
te schaden.
Overigens zijn gezondheidsrisico's van pesticiden te vinden in de
EU-pesticidendatabank (link
hier).
Herinnert u zich nog het
copy-paste-schandaal
van vorig
jaar september, toen Greenpeace
ontdekte dat het EU-rapport over glyfosaat - op vele pagina's -
identiek was aan het aanvraagdossier dat werd ingediend door Monsanto
en andere pesticidenbedrijven?
Nu heeft een team van Duitse journalisten ontdekt dat het ook het
geval is bij andere pesticiden - niet verwonderlijk, omdat eerder al
gebleken was dat de Europese Unie delen van of zelfs hele rapporten
van de farmaceutische industrie (en waarschijnlijk ook andere
industrietakken) letterlijk overneemt van de producenten.... zonder
zelf eerst gedegen onderzoek naar de besproken materie gedaan te
hebben.
Het blijkt zelfs standaard praktijk te zijn. Het team controleerde 25
EU-risicobeoordelingsverslagen die waren opgesteld door verschillende
rapporterende lidstaten, en met name de delen aangaande de
gezondheidsrisico's voor mensen. Hieruit bleek dat veel nationale
autoriteiten hadden gedaan wat eerder gedaan was bij glyfosaat - zij
kopieerden grote stukken tekst uit de aanvraagdossiers naar het EU-rapport,
zonder enige aanduiding van de bron.
De journalisten hadden ook een interview gehouden met EFSA-directeur
Bernhard Url, die nogmaals zei: "We gaan ervan uit dat de autoriteit
controleert of iets overeenkomt met de werkelijkheid voordat het wordt
overgenomen." De journalisten kregen ook een (anonieme) insider
te spreken, die bevestigde dat de autoriteiten niet de tijd hadden (genomen)
om alle onderzoeken te controleren.
De conclusie van de journalisten was dat er een "fout in het systeem"
is en dat we er niet op kunnen vertrouwen dat alle in de EU
goedgekeurde pesticiden effectief veilig zijn. Ze sluiten af met
citaten van twee europarlementariërs - van de socialistische en
EVP-fractie - die commentaar geven op de noodzaak (of niet) van meer
transparantie van gegevens in EU-risicobeoordelingen van pesticiden (d.w.z.
openbaarmaking van sectorstudies), zodat externe wetenschappers de
EU-beoordelingen kunnen toetsen op juistheid.
Het onderzoeksteam vond grote tekortkomingen bij 15 van de 25
onderzochte werkzame stoffen, omdat zelfs schattingen van het
risicopotentieel van de stoffen werden gemaakt - zonder dat duidelijk
werd of de tekstdelen kritisch werden beoordeeld door de autoriteiten.
Drie voorbeelden:
1. Prosulfuron
Onkruidbestrijdingsmiddelen die de werkzame stof prosulfuron bevatten,
kwamen voor het eerst op de markt in 1994 en worden hoofdzakelijk in
de maïsteelt gebruikt. Prosulfurone is toegelaten in 20 EU-lidstaten.
Het middel is van producent Syngenta, en men neemt aan dat het
schadelijk voor de gezondheid is als het ingeslikt wordt, terwijl het
giftig is voor het waterleven.
De Franse bevoegde autoriteit ANSES heeft op veel plaatsen tekstdelen
van de fabrikant in haar verslag overgenomen zonder deze te als
zondanig te kenmerken. Dit is niet noodzakelijk kritisch bij het
aannemen van beschrijvingen van de studie, maar het is zonder meer een
slechte wetenschappelijke praktijk. Tekstuele kwesties waarbij de
autoriteit dezelfde risicobeoordeling van de sector uitvoert, zijn
uiteraard bijzonder problematisch. Dit voorbeeld, op pagina 10 van het
beoordelingsrapport, gaat over de vraag of het medicijn het genoom van
een organisme modificeert (Ames-test):
- volgens producent Syngenta:
- volgens toezichthouder ANSES:
De beoordeling van de fabrikant kan best wel correct zijn, maar deze
benadering is niet in overeenstemming met de EU-vereisten voor een
onafhankelijke en objectieve risicobeoordeling. Nergens blijkt
namelijk uit of de instantie de beoordeling heeft gecontroleerd.
2. Sulfosulfuron
Een ander actief ingrediënt voor onkruidbestrijding is sulfosulfuron,
afkomstig van Monsanto, fabrikant van het in de Vietnamoorlog
gebruikte ontbladeringsmiddel Agent Orange. Het Amerikaanse concern is
een tijdje geleden overgenomen door Bayer, en dat Duitse concern is nu
(als nieuwe eigenaar van Monsanto) verwikkeld in veel rechtszaken -
met hoge miljardenclaims.
Het middel Sulfosulfuron wordt voornamelijk gebruikt in de graanteelt.
In Duitsland zijn de autoriteiten strenger dan elders binnen de EU:
producten die sulfosulfuron bevatten worden niet voor meerdere jaren
goedgekeurd - in tegenstelling tot 16 andere EU-landen, bijvoorbeeld
Spanje en Frankrijk.
In dit geval werden, naast de studiebeschrijvingen, ook conclusies
overgenomen uit de aanvraag. Daarbij heeft het agentschap gedeeltelijk
teksten geherformuleerd of ingekort, die echter niet transparant
weergegeven worden, omdat de overnames niet worden gekenmerkt als
citaten, zoals op pagina 9 van het rapport:
- aanvraag van producent Monsanto:
- beoordeling van de Zweedse autoreiteit KEMI:
Het hoofd van KEMI, Katarina Lundberg, zei over de tekstovernames: "We
moeten onze tijd zo efficiënt mogelijk gebruiken, en dat betekent dat
we het moeten gebruiken voor de evaluatie. Een aanvraagdossier voor
een nieuwe licentie kan 50.000 tot 150.000 pagina's bevatten, één
studie 1000 pagina's en meer."
3. Pyridaat
Op pyridaat (van producent Belchim) gebaseerde onkruidverdelgers
worden sinds het begin van de jaren tachtig in de groenteteelt
gebruikt. Producten die deze werkzame stof bevatten, zijn in alle
EU-lidstaten toegelaten. Van het middel wordt aangenomen dat het
huidirritatie of allergische huidreacties veroorzaakr, en dat het
giftig is voor in het water levende organismen.
Behalve studiebeschrijvingen neemt het Oostenrijkse
gezondheidsagentschap AGES ook risicobeoordelingen van de aanvraag
over zonder deze te labelen, zoals bijvoorbeeld op pagina 25 van het
rapport. Soms worden alinea's enigszins gewijzigd door toevoegingen en
weglatingen.
- de aanvraag van de fabrikant Belchim:
- de beoordeling van Oostenrijkse toezichthouder AGES:
Conclusie: er is in het geheel geen transparante aanpak van
EU-lidstaten. Het is vaak niet duidelijk waar de tekst van de
autoriteitsbeoordeling vandaan komt. Maar, nog veel ernstiger, is het
feit dat wetenschappelijke conclusies óók letterlijk worden
overgenomen. Fabrikanten zullen niet klagen over schending van
hunauteursrecht. Integendeel, ze zijn dik tevreden met auditinstanties
die voor 70% de toetsen "copy" en "paste" gebruiken.
Niet-gecontroleerde tekstovernames of fouten in de risicobeoordeling
kunnen vèrstrekkende gevolgen hebben. Vooral als de fabrikant iets wil
verbergen kunnen mooie statistieken gepresenteerd worden, en blijkt de
kans groot dat de auditautoriteiten het over het hoofd zullen zien.
Een werkzame stof kan worden toegelaten, waarvan de risico's door de
auditautoriteiten zijn onderschat of niet worden erkend. Na
goedkeuring in de EU blijft een actief ingrediënt tussen de 10 en 15
jaar op de markt voordat het opnieuw wordt beoordeeld.
Afdrukken
Doorsturen