In tegenstelling tot wat veel politici elke dag weer vertellen is de Europese Unie een project van overheersing door zakelijke en politieke elites van Europa. De wil van de kiezers doet er niet toe. Het is tekenend dat bij verkiezingen uw stem in de kliko belandt.... en de grap van politici is dat u zelf het nog doet ook!
De verkiezingen voor het Europees nepparlement suggereren dat kiezers de mogelijkheid hebben om invloed uit te oefenen op de politieke ontwikkelingen in de Europese Unie (door gevestigde politici steevast "Europa" genoemd), maar dat is geheel in strijd met de werkelijkheid. Aan de ene kant is de heersende elite van het EU-project meedogenloos betrokken bij de ontdemocratisering van de lidstaten, terwijl ze aan de andere kant ervoor zorgen dat de democratie op Europees niveau volledig ontaardt in een façade-evenement. Een ontluisterend artikel over een fascistisch bolwerk.
Het Project
De meeste mensen weten niet dat het project van de Europese Unie de
uitvoering is van ideëen van vooraanstaande nazi's ten tijde van het
einde van de Tweede Wereldoorlog. De huidige structuur van het EU-project
negeert democratische grondbeginselen, zoals de scheiding der machten
tussen de wetgevende en de uitvoerende macht, door ceo's van
ondernemingen zonder gepaste legitimiteit toe te staan wetgeving op
EU-niveau vast te stellen. Bovendien biedt het parallellisme van
economische convergentie en sociale divergentie ideale omstandigheden
voor de machtigste kapitaalgroepen om daarvan te profiteren, op basis
van extreem ongelijke nationale arbeids- en sociale regels en
loonniveaus in het economisch geharmoniseerde grootstedelijk gebied.
Ruwweg zien we de feitelijke realisatie van het Vierde Rijk,
vooralsnog de Europese Unie genoemd, voor het eerst in het Duits-Franse
kolenpact, dat in de zomer van 1952 in werking trad als de "Europese
Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS)".
Bij deze "unie", geïnitieerd door de toenmalige Franse minister van
Buitenlandse Zaken Robert Schumann, sloten zich al spoedig Italië,
België, Luxemburg en Nederland aan, en het legde onmiddellijk na de
vier jaar van het Marshall-plan de hoekstenen voor een liberaal
economisch beleid in West-Europa.
Die EGKS verbood in- en uitvoerrechten, kwantitatieve beperkingen op
het goederenverkeer, staatssteun en subsidies. Het Kapitaal gaf
hiermee het startsein voor de vorming van het Vierde Rijk,
aanvankelijk beperkt tot de belangrijke sectoren van mijnbouw en
metaalindustrie en de toekomstige kernzone van de Europese Unie.
De wortels van de Europese Unie
Het idee om een grote Europese economische macht te bouwen die de
sterkste kapitaalgroepen optimale exploitatievoorwaarden garandeert,
is echter ouder dan het Duits-Franse kolenpact. De feitelijke grondlegger van de Brusselse EU was de nationaal-socialist
en fascist Walter Hallstein (1901 – 1982), een Duitse advocaat, lid
van de nationaal-socialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP), van de
"Bond van nationaal-socialistische juristen“ (BNSDJ) en ook van de
beruchte nationaal-socialistische beroepsorganisatie voor juristen
NSRB – een organisatie die tot doel had de juridische basis te vormen
voor een Europa onder de controle en heerschappij van het kartel van
I. G. Farben. Over hem straks meer.
Er waren echter meer personen met dezelfde ideëen. In het midden van
de Eerste Wereldoorlog ontwikkelde de politicus Friedrich Naumann, lid
van de Duitse Reichsrat, grootschalige plannen voor het Europese
centrale gebied.
Zijn pleidooi voor een door de Duitsers gerunde economische
gemeenschap verscheen in 1915, onder de programmatische titel "Centraal-Europa".
De destijds begonnen internationale veldslag leek hem de beste
gelegenheid voor visionaire naoorlogse visies.
In tegenstelling tot de voormalige oorlogstegenstanders noemde Naumann
een Midden-Europese Unie van de Rijn tot de Russische grens. Hij
schreef: "Centraal-Europa zal in principe Duits zijn, (...) maar vanaf
de eerste dag moet het toegeeflijkheid en flexibiliteit tonen voor
alle aangrenzende talen, omdat alleen dan de grote harmonie kan
groeien die nodig is voor een grotendeels betwiste en onderdrukte
grote staat."
De leidende deelnemers aan dit project, voorgesteld door Naumann,
Pruisen en het Habsburgse Oostenrijk-Hongarije, gingen snel ten onder.
Maar het duurde nog geen twee decennia voor het volgende grote
Europese idee het licht zag. En opnieuw kwam dit idee uit Berlijn.
Eurofiele politici zullen het er niet graag over hebben, maar het idee
van de Duitse opmars onder de nationaalsocialistische vlag was beslist
europees. Inzicht in het ontwerp van de toenmalige Europese gedachte
is een memorandum van industrieel en hoofd van de afdeling
buitenlandse handel (van het Bureau van Buitenlandse Zaken van de
NSDAP), Werner Daitz, die hij bij de opening van de "Zentralstelle für
europäische Großraumwirtschaft" in 1936 publiceerde.
Daarin schreef Daitz: "Europa voor de Europeanen! (...) Van Duitsland,
gelegen in het centrum van het Europese continent, wordt verwacht dat
in de eerste plaats het niet alleen haar taak is de oprichting van een
continentaal economisch blok te verkondigen, maar ook de controle uit
te voeren over het practische handelsbeleid. Duitsland is in dit
opzicht verantwoordelijk voor Europa."
In mei 1938 hadden Adolf Hitler en de Italiaanse fascistische dictator
en "Duce“ ("leider“) Benito Mussolini voor het omvormen van een
dictatoriaal "rechtssysteem“ in Europa een bi-nationale commissie
opgericht onder de naam "Arbeitsgemeinschaft für deutsch-italienische
Rechtsbeziehungen“. Van 21 tot 25 juni 1938 vertegenwoordigde Walter
Hallstein als hoofd van deze commissie de nationaal-socialistische
regering van Hitler bij officiële gelegenheden met Italiaanse politici
en juristen in Rome, die gingen over rechtskundige vraagstukken van een
fascistische kartelheerschappij in een "Verenigd Europa".
Op 23 januari 1939 – slechts een paar maanden voor het begin van de
Tweede Wereldoorlog – hield Hallstein in de "Mahn und Ohlerichs
Keller“ in de Doberaner Straße 21 in Rostock een historische
propagandatoespraak ("Die Rechtseinheit Großdeutschlands“) over de
juridische structuur van een "verenigd Europa" onder de
kartelheerschappij van I. G. Farben.
In mei 1938 hadden Adolf Hitler en de Italiaanse fascistische dictator
en "Duce“ ("leider“) Benito Mussolini voor het omvormen van een
dictatoriaal "rechtssysteem“ in Europa een bi-nationale commissie
opgericht onder de naam "Arbeitsgemeinschaft für deutsch-italienische
Rechtsbeziehungen“. Van 21 tot 25 juni 1938 vertegenwoordigde Walter
Hallstein als hoofd van deze commissie de nationaal-socialistische
regering van Hitler bij officiële gelegenheden met Italiaanse politici
en juristen in Rome, die gingen over rechtskundige vraagstukken van een
fascistische kartelheerschappij in een "Verenigd Europa".
Hallstein omringde zich met juridische technocraten, die
belangenvertegenwoordigers van de nationaal-socialistische
kartelcoalitie waren. Hallstein maakte de patentendeskundige (sic!)
Prof. Dr. Carl Friedrich Ophüls tot zijn rechterhand. Ophüls (1895–1970) was lid van de NSDAP van 1 mei 1933 tot 1945 (lidmaatschapsnr.
2399061), hoofd van een regionale rechtbank en toonaangevend
deskundige op het gebied van patentrecht, alsmede buitenlands en
internationaal recht, en verantwoordelijk voor de handhaving- en
faillissementswet aan de rechtbank in Frankfurt am Main, waar de
hoofdvestiging van I. G. Farben was gevestigd. De NSDAP-centrale
noemde Ophüls in een brief van 17december 1941 (aan de rector van de
universiteit van Frankfurt am Main) een "politiek betrouwbaar
nationaal-socialist".
In 1949, na zijn "denazificatie“ door de westerse geallieerden,
benoemde Walter Hallstein zijn jarenlange medewerker Carl Friedrich
Ophüls eerst als "Doktor" en vervolgens als "Professor der
Rechtswissenschaften" aan de universiteit in Frankfurt. Een jaar
later, in 1950, benoemde Walter Hallstein dezelfde Ophüls tot "Ambassadeur
in Brussel“.
Eveneens in het jaar 1950 werd Walter Hallstein de persoonlijke
adviseur van Konrad Adenauer, de president van de parlementaire raad
en later de eerste "Geschäftsführer" (bondskanselier) van het
verenigde economische gebied, de Bondsrepubliek Duitsland ("Bund
deutscher Länder“), en de belangrijkste coördinator van Adenauers
buitenlandse politiek.
De eenwording
De aanval op Polen in september 1939 veranderde de Europese strategie
voor Duits kapitaal niet. Personen zoals Werner Daitz, sinds 1931 ook
lid van de nationale leiding van de nazipartij, gaven de richting aan:
"Als we het Europese continent economisch willen leiden, zoals dat op
grond van de economische sterkte van het europees continent als
kernruimte voor het blanke ras onbetwist noodzakelijk is en gebeuren
zal, zo mogen we om voor de hand liggende redenen deze niet in het
openbaar kenschetsen als een grootschalige Duitse economie. We moeten
altijd blijven praten over Europa, omdat de Duitse leiding vanzelf
ontstaat."
Na twee jaren met grote verliezen in de oorlog aan het oostfront, werd
de reeds ontworpen Europese gedachte door een dreigende nederlaag, bij
het ministerie van Buitenlandse Zaken van de NSDAP op 9 september 1943
als volgt aangepast: "De eenwording van Europa, die zich al heel lang
in de geschiedenis aftekent", luidt het op een cynische maar
toekomstig gerichte manier met het oog op de miljoenen slachtoffers
van de oorlog, "is een onvermijdelijke ontwikkeling. (...) Europa is
te klein geworden voor het saboteren en onderling blokkeren van
soevereiniteiten. (...) De Europese confederatie moet de gemeenschap
zijn van zoveel mogelijk Europese staten. (...) Het was een ernstige
politieke fout dat de machten die verantwoordelijk waren voor de orde
van Europa na het einde van de Eerste Wereldoorlog probeerden het
onderscheid tussen overwinnaars en verslagenen te bestendigen. Deze
fout mag niet worden herhaald, maar de verslagen landen zullen in de
nieuwe gemeenschap van Europese landen worden toegestaan - vanaf het
begin een gelijkwaardige plaats krijgen - als zij bereid zijn om
legaal en positief bij de opbouw van het nieuwe Europa werken. (...)
De tijd van de interne Europese oorlog moet worden gestopt en het
Europese particularisme te overwinnen."
Die laatste zin zou bijna niemand aan een nazistische schrijver toedichten,
maar toch komt het uit een nazi-Duitsland archief.
Zo is er, vooral bij de gemiddelde economische en geopolitieke
nazi-geschriften, niet alleen het grote historische gedeelte van 1945
met de overwinning van de geallieerden op Hitler-Duitsland, zoals het
in de hedendaagse geschiedschrijving post factum als een exclusieve
historische interpretatie wordt gepropageerd, maar er zijn ook
vervolgstukken die verder gaan dan de nederlaag van de Wehrmacht.
Overeenkomstige Europese politieke ideeën voor en na 1945 bewijzen dit,
nog afgezien van het feit dat dergelijke continuïteiten ook in persoon
kunnen worden getraceerd. Hermann Josef Abs, sinds decennia lid van de
raad van bestuur en de raad van toezicht van Deutsche Bank (sinds
1938), typeert het beeld van een Europa gericht op kapitaalbehoeften.
In een lezing in oktober 1940 ontwikkelt hij zijn ideeën: "Vandaag
biedt de Europese ruimte onze politieke invloedssferen rijke en
lonende mogelijkheden om het raamwerk van onze capaciteiten in te
vullen. De taken die op deze oplossing wachten zijn zo groot dat
behalve ons ook onze hoogontwikkelde buurlanden een breed veld zullen
vinden voor hun kapitaalexport."
Abs was tot 1976 voorzitter van de raad van toezicht van Deutsche Bank
en vervolgens zijn erevoorzitter en hij had altijd het grote
totaaloverzicht voor ogen- voor Deutsche Bank en het Duits Kapitaal.
Eén van de grondleggers van de Europese
Unie, Jean Monnet, vond dat u niets te vertellen hebt over of in
de Europese Unie (hij wel, u nie):
De opdeling van Duitsland en de integratie van West-Europa in de
militaire transatlantische alliantie van de door de VS geleide NAVO en
de economische logica van een door de VS gedomineerde wereldmarkt
bezegelde het einde van een onafhankelijk Europees grootschalig
project. Maar dat was slechts tijdelijk.
Van EGKS naar EEG
In het Verdrag van Rome in 1957 veranderde de kolen- en
staalgemeenschap van de zes leden in de Europese Economische
Gemeenschap (EEG), die vervolgens de gemeenschappelijke landbouwmarkt
(sinds 1962) isoleerde met hoge tarieven voor de producten van de "groene
revolutie" in Afrika, Latijns-Amerika en Azië. Enerzijds betekende dit
protectionisme dat de afzetmarkten voor de belangrijkste producten van
de landen in het zuiden ofwel gesloten ofwel belemmerd werden en
anderzijds dat de prijzen van landbouwproducten in West-Europa hoog
bleven.
Walter Hallstein (daar heb je 'm weer) was het politieke brein achter de onderhandelingen,
die leidden tot de Romeinse verdragen. Van 1 tot 3 juni 1955 vond in
Messina op Sicilië een belangrijke vergadering plaats, ter
voorbereiding van de Europese Economische Gemeenschap (EEG), onder
leiding van Hallstein. Deelnemers aan deze bijeenkomst waren Gaetano
Martino (Italië) en lid van de fascistische beweging in dat land,
Antoine Pinay (Frankrijk) die lid was van het nationaal-socialistische
marionettenregime van Vichy in bezet Frankrijk, Joseph Bech
(Luxemburg) die sinds 1914 juridisch vertegenwoordiger was van een
fascistische partij, Johan Willem Beyen (Nederland) die gewerkt heeft
bij de kartelondernemingen Phillips en Unilever, Paul-Henri Spaak (België)
die minister-president in dat land is geweest en een leidinggevende
persoonlijkheid was van de European Movement (Europese Beweging), net als
Walter Hallstein (BRD) zelf, overigens.
Op 25 maart 1957 ondertekenden de zes lidstaten van de Europese
Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS), de als "de Sicliaanse Zes“
bekendstaande landen (Italië, West-Duitsland, Frankrijk, Luxemburg,
België en Nederland) de Verdragen van Rome, in feite het
oprichtingsdocument van de Brusselse EU, waarvan de tekst en de
juridische basis door Bech, Beyen en Spaak, onder leiding van
Hallstein, waren uitgewerkt.
Op 7 januari 1958 werd Walter Hallstein (foto rechts) door de politieke marionetten
van het kartel voor vijf jaar tot de eerste "president" van de
EU-commissie benoemd, de hoogste functie van de Europese Economische
Gemeenschap en voorloper van de Brusselse EU. In 1963 werd Hallstein
voor een tweede vijfjarige "ambtsperiode“ tot "president“ van de
EU-commissie benoemd. Op deze wijze kon Hallstein tien jaar lang
heersen over de bureaucraten, zonder enige legitimiteit en controle.
Met hulp van deze armada van volgzame lakeien, carriëretijgers en
pennelikkers vormde Hallstein de Brusselde EU conform de plannen van
het kartel.
Walter Hallstein, een notoir recidivist, bleef tot zijn dood in 1982
een meedogenloze dienaar van het kartel met de opdracht de Europese
burgers aan het kartel uit te leveren. In zijn 500-pagina's tellende
boek "Die Europäische Gemeinschaft“, waarvan op de cover een cirkel
van de twaalf davidsterren van de Europese Unie afgebeeld stond,
schreef hij:
Die Verfassungsorgane – Die
[EU-]
Kommission – Von der
[EU-]
Kommission geht jede Handlung aus. Die Organisation der
[Europäischen]
Gemeinschaft hat ihren Ursprung in der
[EU-]
Kommission, die in der
Geschichte beispiellos ist. Ihre Aufgabe ist es, die
[Europäische]
Gemeinschaft nach innen und nach außen zu repräsentieren. (…) Die
[EU-]
Kommission ist nicht von den Regierungen der Mitgliedsstaaten abhängig.
Sie muß von den Mitgliedsstaaten keine Weisungen annehmen oder
befolgen. (…) Die
[EU-]
Kommission besitzt ein Monopol auf
Gesetzesinitiativen.
Dit boek van Walter Hallstein is, naast zijn toespraak van 23 januari
1939, één van de pijlers van de bouw van de Europese Unie, of ook wel
de Verenigde Staten van Europa, nog steeds onder een
kartelheerschappij. De tweede "gebruiksaanwijzing" is het boek "Das Großraumkartell – Ein Instrument der industriellen
Marktordnung in einem neuen Europa“ van de nationaal-socialist en
fascist Arno Sölter (1911 – 1987), in 1941 verschenen bij de Meinold
uitgeverij in Dresden, uitgegeven door het "Zentralforschungsinstitut
für nationale Wirtschaftsordnung und Großraumwirtschaft“ in Dresden,
waarvan Sölter ook het hoofd was.
De theorie – de inhoud van de
toespraak en het boek – komt haarfijn overeen met de praktijk... van de
Brusselse EU.
Na de Tweede Wereldoorlog werkte Arno Sölter voor het Bundesverband
der Deutschen Industrie [BDI], een lobbygroep van het industriële
complex van het kartel. In 1962, vijf jaar na de oprichting van de
Europese Economische Gemeenschap (EEG), publiceerde Sölter zijn oude
kartelconcept onder de titel "Vertriebsbindungen im
gemeinsamen Markt unter wirtschaftlichen und EWG-kartellrechtlichen
Aspekten“ in uitgave nr. 4 / 1962 in de destijds regelmatig
verschijnende "Kartell-Rundschau“ van de uitgever Carl Heymann.
De Europese Unie
De hedendaagse Brusselse EU is het gevolg van diverse voorafgegane
instituten, waardoor stap voor stap uiteindelijk het wangedrocht EU is
tot stand gekomen. Het Brusselse Pact (BTO) in 1948, de Europese
Gemeenschap voor Kolen en Staal (EGKS)
in 1951, de Europese Defensiegemeenschap (EDG) en de Westeuropese Unie (WEU)
in 1954, de Europese Economische Gemeenschap (EEG) en Euratom in 1957,
waarna de Europese Gemeenschap (EG) in 1965. De tekstuele inhoud van al
deze verdragen is door Walter Hallstein uitgewerkt.
De organen van die organisaties waren de voorlopers van de huidige Brusselse EU: het hoogste orgaan ging in 1967 op in de
Europese Commissie, de bijzondere ministerraad werd de Europese Raad,
de gemeenschappelijke vergadering werd het Europees parlement en het
gerechtshof werd het Europees Gerechtshof. Dat Europees Gerechtshof is
vandaag de dag in veel gevallen de slager die het vlees van de
Europese Commissie (goed)keurt.
In de jaren zestig ontstonden in de "Derde Wereld"
fabrieken en vrije productiezones voor de wereldmarkt, waar goedkope
lokale arbeidskrachten voor de wereldmarkt werkten. De combinatie van
een beschermend tarief voor landbouwproducten, de overdracht van
volwassen industrieën naar goedkope locaties en gedwongen
marktopeningen voor de Europese exportsector resulteerden in een
systeem van ongelijke uitwisselingen, waarbij arme, structureel zwakke
regio's afhankelijk werden van de periferie van de wereldmarkt.
Vervolgens kwamen de "hervormingsverdragen“: de Single European Act (Milaan
1986) over Europese Politieke Samenwerking, verder de verdragen over
gemeenschappelijke buitenlandse - en veiligheidspolitiek (GASP) en
over justitie en binnenlandse zaken (Maastricht 1992), over de
samenwerking tussen justitie en politie bij strafzaken (Amsterdam 1997,
Nice 2001) en over de Europese Unie (Verdrag van Lissabon 2007/09).
In mei 1993 werd de ratificatie van het Verdrag van Maastricht door 12
EG/EU-leden gesloten. Het verdrag veranderde het karakter van Europa
door een economische gemeenschap om te vormen tot een verenigd gebied
van economisch, monetair en buitenlands beleid dat natuurlijk niet zo
genoemd werd. Het nieuwe Kapitaal wordt nu Brussel genoemd en de
constructie "Europese Unie".
In
2002 werd de euro als "wettig betaalmiddel“ en eenheidsmunt van de
Europese Unie ingevoerd nadat in 1979 de virtuele kunstvaluta ECU
als voorloper was geïntroduceerd. Op deze manier werden en worden de
Europese burgers, door domheid en/of corruptie van de nationale
regeringen, ongevraagd bij deze samenzwering betrokken, waarbij
stap voor stap de burgers van hun vrijheden en welstand worden
beroofd.
Deze transformatie werd voorafgegaan door de ineenstorting van de
Sovjetunie en de Raad voor wederzijdse economische bijstand in 1991.
Maastricht was dus ook een institutionele voorbereiding op de
economische en geopolitieke expansie van West-Europa, die in de eerste
helft van de jaren negentig werd aangepakt. In naam van de uitbreiding
van de markt moesten de politieke bevoegdheden van de afzonderlijke
lidstaten worden ingeperkt, zodat een door verkiezing tot uitdrukking
gebrachte volksvertegenwoordiging geen al te grote schade kon
aanrichten. De drijvende kracht was - opnieuw - de Duitse hoofdstad
met zijn legendarische drang naar het oosten. De sluisdeuren werden
wijd opengezet, zowel als afzetmarkt als arbeidsmarkt, en bood
zichzelf aan als middel om structurele kapitalistische
overproductiecrises te overwinnen.
De oude, communistische elites hadden afgedaan, administratief
geïntegreerd in de nieuwe logica van de nieuwe heersende elite, of ze
werden neergeschoten in het geval van nutteloosheid of verzet (zoals
de Roemeen Nicolae Ceauşescu in 1989) of werden voorgoed opgesloten (zoals
de Serviër Slobodan Milošević in 2001).
Wie nieuwe, postcommunistische soevereine tonen aansloeg en tegen de
onbeperkte circulatie van kapitaal, goederen, diensten en arbeid was
zoals genoemd werd in Maastricht, zoals Ion Iliescu in Roemenië
(1990-1996) of Vladimír Mečiar (1990-1998) in Slowakije, werd op
EU-wijze gemangeld en door gewilliger "personeel" vervangen.
Nog even wat personen aanhalen die zich eerder hebben
uitgelaten over de EU, en de richting die het uit moet gaan. Neem
bijvoorbeeld José Barroso, de
president van de Europese Commissie in juli 2007, die vindt dat "de EU
een Empire gaat worden"..... we zien in zijn ogen een blik van de
jaren dertig van de vorige eeuw. Even uw geheugen opfrissen:
Overigens haalde de Britse Lord Lamont nog even een uitspraak van
Barroso (en ook van Juncker) aan, waaruit blijkt dat de EU een nogal
lange track record heeft van het opnieuw laten kiezen van burgers in
lidstaten.... of het negeren van de uitslag van referenda...
En laten we ook nog even wat citaten in herinnering brengen van
invloedrijke personen, en hun reacties op de referenda over de Europese
Grondwet:
Van begin af aan stond dus al vast dat een toekomstige EU zou worden
overgenomen en bestuurd door het inmiddels machtigste land van de EU,
Duitsland. Brussel wordt straks geacht orders van Berlijn aan te nemen
(wat in de praktijk nu al vaak gebeurt). En Macron? Die is vanuit het
niets door de elite geplaatst op de presidentszetel van Frankrijk. Nu
hij aan de macht is maar aan gezag en invloed verliest, heeft hij zijn
werk "gedaan" (hij heeft o.a. Marine LePen gestopt), en de
heersende elite zal deze "useful idiot" slopen om hem vervolgens aan de kant te
zetten.
Macron heeft gedaan wat door twee wereldoorlogen niet lukte, door Frankrijk op een presenteerblaadje
aan Duitsland uit te leveren, waardoor het
Vierde Rijk afgebouwd kan worden, bevrijd van de VS, Rusland en Canada
om er maar een paar te noemen. Landen die eerder veel, heel veel
levens verloren hebben bij eerdere pogingen één Groot Rijk te vormen.
Een Empire, om Barroso te citeren.
Herkent u de grote lijnen en de rode draad? Het grote Europese vredesproject, compleet met leger en
kernwapens, klaar om de definitie van vrede en democratie over de hele
wereld te verspreiden, of de wereldburgers het nu willen of niet, te
beginnen in het grondstoffenrijke Afrika......
Weet u meteen waarom het Westen in dat continent actief is...... om (zoals
de Amerikanen graag zeggen) de "democratie te herstellen".
En dan nog even over de "democratische" Europese Unie.
Binnen die EU heeft het Verdrag van Maastricht bevoegdheden radicaal
veranderd.
Maastricht
De zogenaamde EU-Raad, een comité bestaande uit de nationale
regeringsleiders en de door hen benoemde
Europese Commissie, namen een groot deel van de bestaande agenda's
over van de nationale staten. Economisch en buitenlands beleid,
fiscaal en monetair beleid, het zijn zomaar een aantal beleidskwesties
die sinds Maastricht vooral geregisseerd worden door Brussel.
Op nationaal niveau zijn sociaal beleid, cultuur en sport en justitie en
binnenlandse zaken gebleven. Sinds het
Verdrag van Lissabon (2007)
schrijft Brussel ook voor dat er tenaanzien van de laatste twee een zogenaamde "medebeslissingsprocedure"
geldt, met andere woorden, de Europese Commissie geeft de toon aan, en het
Europees nepparlement mag meespelen.
Voor de EU-brede handhaving van de idee voor één Groot Europa wordt
een nauwgezet dwingend budgettair korset gehanteerd: de criteria
van Maastricht. Ze volgen het monetaristische bezuinigingsdenken van liberale
economische apologeten en het maximaal verkleinen van de invloed van de
nationale politiek. Voortaan mogen de toegestane nationale
inflatiepercentage niet meer dan 1,5% hoger zijn dan die van de drie
lidstaten met de laagste inflatie, het jaarlijkse begrotingstekort mag niet
hoger zijn dan 3% van het bruto binnenlands product (bbp) en de
overheidsschuld mag niet meer zijn dan 60% van het bbp.
De criteria van Maastricht - evenals alle daarop volgende EU-regels -
werden aangenomen door de democratisch niet-gelegitimeerde EU-Raad,
die bestaat uit de premiers van de lidstaten, zelfs als ze de termen "bondskanselier"
of "eerste minister" gebruiken. Vertaald uit het Latijn houdt
het woord "minister" in dat die persoon "het nationale parlement"
dient, d.w.z. de door het volk gekozen leden, die ook de regering
benoemen.
Op EU-niveau promoveren deze "dienaren van het volk" echter vanzelf
van de nationale uitvoerende macht naar de supranationale
wetgevende macht, een volledig ondemocratisch proces, dat
hieronder zal worden besproken in het kader van het Verdrag van
Lissabon. Het beginsel van elke burgerlijk-parlementaire democratie,
de scheiding van wetgever en uitvoerende macht, is op EU-niveau
vakkundig opgeruimd.
Overigens leidde de ondertekening van het Verdrag van Maastricht door
het Verenigd Koninkrijk tot een aantal opzienbarende rechtszaken. In
onderstaande video wordt toegelicht hoe opeenvolgende regeringen in
dat land de grondwet ervan met voeten hebben getreden, en de belangen
van de burgers hebben verkwanseld:
Met de supranationalisering van economische, financiële en monetaire
aangelegenheden en de sociale ruimte die tegelijkertijd voor de
nationale verantwoordelijkheid (nog) overblijft, is de EU er met
Maastricht in geslaagd om op uiteenlopende manieren te handelen in
termen van economische convergentie en sociaal en fiscaal beleid.
Dit betekent dat hoewel er overal vrij verkeer is voor kapitaal,
goederen, diensten en arbeid, sociale wetten en belastingen sterk
kunnen afwijken. Om investeringen aan te trekken, kan door de
afzonderlijke lidstaten een sociaal-politieke en fiscaal-politieke
wedloop naar beneden plaatsvinden ... en dit is precies wat er gebeurt.
Brussel betwist dat niet, integendeel: het zorgt ervoor dat het
gebeurt.
In termen van investeringen is deze kloof optimaal voor bedrijven die
in de hele EU actief zijn. Zij hoeven nauwelijks te vrezen voor de
dure sociale of fiscale nationale regelgeving als gevolg van de
EU-brede concurrentie voor zakelijke vestigingen om tegelijkertijd te
profiteren van de verschillen in lonen, arbeidsrechten en in het
bijzonder belastingen.
En deze verschillen zijn enorm.
Ten tijde van de inwerkingtreding van het Verdrag van Maastricht in
het midden van de jaren negentig was een industriële arbeidersklasse
in Bulgarije twintig keer goedkoper dan eentje in bijvoorbeeld "wirtschaftswunder"
Duitsland, en een kwarteeuw later is het verschil toch nog steeds 1:8.
Dit kan uitstekend van de Hier kunnen ondernemers uitstekend mee
jongleren, vooral omdat de natiestaten de mogelijkheid is ontnomen om
politiek te interveniëren in economische aangelegenheden.
Na drie uitbreidingsronden in 2004 (Slovenië, Hongarije, Tsjechië,
Slowakije, Polen, de drie Baltische republieken en Malta en Cyprus),
2007 (Roemenië en Bulgarije) en 2013 (Kroatië), omvat de grotere regio
van de EU (met uitzondering van het Verenigd Koninkrijk) in 2019 3,9
miljoen vierkante kilometer en een bevolking van 446,5 miljoen.
Democratie
Op weg naar de consolidatie van superstaatstructuren werden de
niet-gelegitimeerde organen van de Europese Unie weggestemd bij drie
referenda: in Frankrijk (2005 met 55,7% nee-stemmen), Nederland (2005
met 61,5% nee-stemmen) en Ierland (in 2008 met 54,4% nee-stemmen). De
minachting van de politiek voor hun burgers bereikte toen een "hoogtepunt",
zoals de Europese Unie sindsdien veel van dergelijke hoogtepunten
kende: de stemmen van de meerderheden van de burgers van deze drie
landen, die dus tégen de afschaffing van de nationale soevereiniteit
hadden gestemd, werden door de landelijke politici genegeerd en eind
2009 trad in plaats van het zogeheten constitutionele verdrag een puur
cosmetisch gewijzigd "Verdrag van Lissabon" in werking.
Hoewel de mainstream media continue spreken van Europese
democratisering, is daarvan in het geheel geen sprake meer.
Integendeel. Sinds "Lissabon" worden de kantoren in Brussel meestal
gevuld met politici die thuis worden uitgespuugd en die dus niet mee
hoeven te doen met landelijke verkiezingen. De EU-Raad, die ook niet
democratisch is gekozen, behoudt de enige beslissingsbevoegdheid over
buitenlandse en militaire beleidskwesties, ook nog het recht om
voorstellen te doen alle posten van de EU-Commissie en wat te zeggen
te hebben over de hoogte van de EU-begroting, met name de inkomsten.
Zelfs na "Lissabon" fungeert het EU-nepparlement als aanhangsel zonder
een eigen recht op parlementair initiatief. De EU-vertegenwoordigers,
die om de vijf jaar met veel tamtam worden gekozen, moeten genoegen
nemen met de zogenaamde medebeslissingsprocedure over hoe de
democratische machteloosheid zoals die voor de EU zo kenmerkend is.
De nieuwe Führer
De meest recente stap in de vervolmaking van het "Vierde Rijk" is het
"Verdrag van Aken", het nieuwe vriendschapsverdrag tussen Frankrijk en
Duitsland. Het verdrag was vooral gesloten om de binnenlandse positie
van zowel Macron als Merkel te verstevigen - in het geval van Macron
is daar weinig van terechtgekomen (hij is - door eigen toedoen - de
minst populaire president van Frankrijk, tevens de grootste supporter
van de heersende elite en de grote ondernemingen), terwijl Merkel bij
Duitse politici een onaantastbare positie bezit.... ondermeer (helaas)
omdat er binnen de Duitse politiek geen zwaargewicht te vinden is die
haar zou kunnen wieberen.
In werkelijkheid is het Vriendschapsverdrag een schandalige
gebeurtenis. Het geeft een duidelijk signaal af aan de rest van de
Europese Unie dat ze niet de gelijken zijn van Duitsland en Frankrijk,
maar tweederangspassagiers, samen op een reis naar de voltooiing van
het Vierde Rijk, onder de bezielende leiding van Merkel (en voorlopig
ook nog Macron). Een Frans-Duitse as die andere lidstaten omzeilt om
EU-zaken te verstevigen - precies wat te verwachten was toen het
Verenigd Koninkrijk aankondigde uit de EU te stappen.
Duitsland neemt steeds nieuwe stappen in het overnameproces van de
Europese Unie (en wat later Europa). Het ziet haar kans schoon nu het
Verenigd Koninkrijk (vanwege de Brexit) de andere kant op kijkt en de
Verenigde Staten het liefst met de NAVO wil kappen (wat Duitsland ook
graag wil, immers: één Europees leger. Dit is hèt moment om die nieuwe
stap te zetten!
We hebben vaker gezegd dat Merkel werkt aan één groot Europa, maar wèl
een Duits Europa. Precies zoals in het midden van
de Eerste Wereldoorlog de politicus Friedrich Naumann, lid
van de Duitse Reichsrat, voor ogen had (we hadden het hier over in het
begin van dit artikel).
Eén Volk, één Rijk, één leider.
Duitsland heeft er vele tientallen jaren van alles aan gedaan om hun
gecontroleerde EU te realiseren en het feit dat de Duitse regering nu
een slechte verstandhouding heeft met Trump (Amerika), dus met hen uit
de weg, kunnen zij het Avondland weer terug te brengen naar de oude
plannen van Duitsland. Een bonus voortvloeiend uit het "vriendschapsverdrag":
Duitsland krijgt bij de vorming van één leger eindelijk de beschikking
over (Franse) kernbommen.
God sta ons bij.
De niet-democratische machthebbers in Brussel zijn als de dood dat de andere
lidstaten het plan van de ècht heersende elite (Merkel is ook maar een
muppet) dóórhebben. Het Aken-verdrag is hun meest recente poging om de
volledige controle over de Europese Unie te krijgen en één leger voor
het hele blok te creëren.
Zouden ze bij D'66 nu ècht niet doorhebben wat er op het politieke
EU-veld aan de gang is?
Het is allemaal een voor de hand liggende stap in de
richting van een Europese superstaat onder opperbevel van Duitsland.
De heersende elite begint in paniek te raken en haast zich nu ze -
wakker geschud door het optreden van de Gele Hesjes - bang zijn dat de
EU-droom uit elkaar valt. Vandaar die breedschalige inzet van de
mainstream media bij de verkiezingen voor het Europees nepparlement.
Geld speelt geen rol.
De haast tekent zich ook af in de plannen die men dóór wil drukken:
We noemen onder andere het belastingharmonisatieplan, gekoppeld aan
het plan om ervoor te zorgen dat alle EU-landen zich binnen de euro
bevinden. Het geeft aan dat Brussel haar politieke ambitie om een
superstaat te bereiken, versnelt. Let op de ontwikkeling van de
EU-vennootschapsbelasting.
Na 2020 zullen alle lidstaten van de EU het project "Horizon
2020" moeten omarmen - méér macht voor de
multinationals. De klapper: Brussel dwingt èlke lidstaat om de euro
vóór 2025
ingevoerd te hebben.
Zouden we bijna vergeten: een minister van Financiën van de eurozone
die de controle over de begrotingen van individuele lidstaten
overneemt, verplicht lidmaatschap van een euro-"bail-out"fonds, geen
controle over de rentevoeten en, zeer waarschijnlijk, verhoogde
bijdragen van de lidstaten om de kosten van de grootse Duitse plannen
voor een EU-leger (en natuurlijk subsidies voor al die "rijke" landen
zoals Albanië en Oekraïne, die ook in de rij staan om lid te worden)
te betalen.
Frans Timmermans: de Spitzenkandidat!?
Frans Timmermans mag zich dan neerzetten als DE
Spitzenkandidaat (niet voor niets een Duitse benaming in de
internationale media) voor de functie van Juncker, maar wij zijn ervan
overtuigd dat Merkel straks afdwingt dat
alleen ZIJ de "Spitzenkandidate" is, en de
toespraak die zij tijdens de Akenbijeenkomst deed zien we dan ook
vooral als een intentieverklaring.
Iedereen gaat er van uit dat
Merkel, als haar termijn als bondskanselier afloopt, de politiek
vaarwel zegt, maar niets is minder waar: zij wil de geschiedenis
ingaan als de eerste Führer van het Vierde Rijk. Dit is wat de
heersende elite wil voor de Europese Unie en de toekomst ziet er dan
ook somber uit voor Europa als geheel.
Timmermans speelt gewoon toneel, voor de bühne, iets wat hij vaker met
succes gedaan heeft.
Kohl en Merkel
De van oorsprong Poolse Helmut Kohl alias Henoch Kohn (van Cohen,
Hebreeuws: rabbi), voormalig werknemer van BASF (I. G. Farben),
persoonlijke vriend van de twee fascisten:
-
Fritz ter Meer (voor de Tweede Wereldoorlog lid van de Raad van
Bestuur van I. G. Farben en topman van I. G. Auschwitz,
bedenker van het cynische motto "Arbeit macht frei“ en initiator van
de
Codex Alimentarius, tevens veroordeeld oorlogsmisdadiger, maar na de
oorlog toch nog voorzitter van de raad van commissarissen bij Bayer AG.),
-
en Carl Wurster (voor de Tweede Wereldoorlog commissaris bij I. G.-Farben-dochteronderneming
Degesch [Degussa {Henkel}], die het gas Zyklon B voor Auschwitz
produceerde, en na de oorlog topman en plaatsvervangend voorzitter bij BASF),
was van hen hun protégé, om als zogenaamde "bondskanselier“ (manager
van de administratie van de op 01.01.1947 opgerichte en op het
03.10.1990 met de "DDR“ uitgebreide verenigde economische werkterrein
van de VS en het Verenigd Koninkrijk; vgl. Art. 65
en 133 GG) de belangen van het kartel te vertegenwoordigen en in
principe het Duitse volk te verraden en te verkopen: tijdens zijn
16-jarige "ambtsperiode“
van 1982 tot 1998 investeerde hij meerdere miljarden aan belastinggeld
in de financiering van de verdere opbouw van de Brusselse EU en voor
de invoering van de euro (en daarmee de afbraak en vernietiging van de
Deutsche Mark).
Zijn politieke troetelkind, de van Poolse ouders afstammende Angela Merkel alias Aniela
Kazmierczak ("mijn meisje“), volgens diverse bronnen een informante
("IM Erika“) van de staatsveiligheidsdienst ("Stasi“) van de "DDR“,
trad in zijn voetsporen en misdaden jegens het Duitse volk (en de
burgers van de andere lidstaten van de EU), nog steeds in opdracht van
het supranationale en fascistische kartel, tot op de dag van vandaag.
Zo positief als Kohl in het verleden was over Angela Merkel, zo
negatief was hij over haar in zijn nadagen (nadat zij hem politiek
een
dolk in zijn rug had geduwd). "Inhoudelijk deugt
ze niet", zei de oud-bondskanselier over haar. "Ze heeft geen Europees
gevoel."
Europees gevoel of niet, eerzuchtig is zij wel, en vergeet niet wat Werner Daitz,
waarover we in het begin van dit artikel spraken, had gezegd:
"We moeten
altijd blijven praten over Europa, omdat de Duitse leiding vanzelf
ontstaat." En zolang zij "regeert" bij de gratie van de boven
haar gestelden, zo lang kan ze daarvan genieten.
De EU: een continentale corpocratie
De feitelijke macht behoort bij het grootkapitaal, de multinationals
die, bij gebrek aan democratische controle, het gemakkelijk hebben met
de Europese Commissie. Op de EU-top van Brussel op 30 januari 2012
besloten 25 van de 27 regeringsleiders (Londen en Praag stemden tegen)
over hun eigen nationale machteloosheid. Op aandringen van het
Internationaal Monetair Fonds heeft Brussel besloten om Brussel een
recht op toegang tot nationale begrotingen en een zogenaamde
schuldenrem te verlenen - het Fiscaal Pact.
De procedure, aanvankelijk alleen geldig voor "tekort-zondaars", werd
een jaar later uitgebreid naar alle EU-staten onder de naam "Two
Pack". Sindsdien is het kernelement van elke parlementaire staat, de
soevereiniteit van de begroting, ondermijnd en onderworpen aan de
controle van de Europese Commissie.
Tot 15 oktober moeten alle EU-landen hun begrotingen voor het komende
jaar naar Brussel sturen voor controle en hopen op goedkeuring. Het
Fiscaal Pact is daarom gebaseerd op het autoritaire principe van een
nooddecreet, waarbij potentiële verkozen leden van hun parlementen
worden beschouwd als potentiële gevaren voor het grootschalige EU-project,
dat in het voordeel is van de grote concerns en de heersende elite.
Nationale sociale en fiscale interventies, die kapitaal en rijkdom
kosten, kunnen tot een minimum worden beperkt - in overeenstemming met
de strikte criteria van Maastricht.
Mocht een overheid nog steeds haar eigen nationale beleid proberen uit
te voeren, dan zullen de commissarissen en hun EU-affiniteitsmedia de
populisme-kaart trekken en de aarzelende parlementen of regeringen die
de richtlijnen van Brussel niet voor de volle 100% volgen een etiket
opplakken met het gedegenereerde Latijnse scheldwoord populistisch.
Als de populistische club niet de gewenste slagkracht bereikt, zullen
juridische procedures en politieke dreigingen volgen. Ondertussen
verdringen de delinquenten zich rond de schandpaal van Brussel.
We geven twee voorbeelden van de typische manier waarop Brussel omgaat
met haar lidstaten.
"De begrotingsplannen van Rome zijn een waarschuwing voor Brussel en
de beurzen." Dit soort "adviezen" werden eind september 2018 (in een
uit Brussel afkomstige publicatie over de begroting van de Italiaanse
regering) door Rome terzijde geschoven. Dit geeft op een mooie manier
de tegenstelling aan van een nationale regering versus de
technocratische "machthebbers" in Brussel, die overigens wel
kieskeurig zijn welk land ze beschuldigen en welk land niet. Over
Frankrijk en Duitsland, bijvoorbeeld, die vele malen de spelregels van
de Unie hebben overtreden, geen onvertogen woord.
Aan de ene kant is er een gekozen nationale regering (die zich
overigens steeds vaker niets aantrekt van de stem van de kiezers),
versus een Europese Commissie zonder democratische legitimiteit
en de beurzen, gewoonlijk "markten" genoemd. Journalisten van de
mainstream media hebben de alternatieve Brusselse regels voor waarheid
in hun werk verankerd. Met verbluffende vanzelfsprekendheid staat het
journaille aan de kant van de autoritaire dictatuur van Brussel en het
grootkapitaal, versus de burgers, het "populisme", dat in het geval
van Italië aan het einde van 2018 werd omschreven als de "coalitie van
linkse en rechtse populisten".
Italië - de dwarsligger die niet
toegeeft
De zeldzame coalitie van "Lega" en de "Vijf Sterrenbeweging"
presenteerde hun eerste beleid eind september 2018, het
begrotingsontwerp voor 2019. De nieuwe schuld die daarin is opgenomen,
is vastgesteld op 2,4% van het bbp, en blijft binnen de doelstelling
van Maastricht. Echter, met een overheidsschuld van 130%, veel meer
dan het door de EU toegestane maximum van 60%, reageerde de EU-fiscaal
commissaris Pierre Moscovici, die belast is met het fiscale keurslijf,
onthutst en ziedend, waardoor de Italiaanse korte-termijn-rente op
staatsobligaties omhoog schoot. Brussel verwachtte een knieval van
Rome voor het grootkapitaal, de "markten", zoals de EU jaren eerder
met de linkse Griekse regering had gedaan (nadat die regering door het
volk middels een referendum de opdracht had gekregen het
tegenovergestelde te bewerkstelligen - het zoveelste geval van verraad
aan de kiezers).
Wat prikkelde de commissarissen en beursleiders zózeer dat Rome
onmiddellijk werd geconfronteerd met bedreigingen? De Italiaanse
ontwerp-begroting voor 2019 voorzag een onvoorwaardelijk basisinkomen
voor werklozen gedurende een periode van maximaal drie jaar, een
verhoging van het minimumpensioen van 500 naar 780 euro en een
vergelijkbare toename van de sociale bijstand, plus voor grote
families het gratis gebruik van landbouwgrond, met inbegrip van een
renteloze lening voor 20 jaar.
Bovendien hoeven kleine bedrijven minder inkomstenbelasting te betalen
en komt er een overheidsprogramma voor publieke investeringen, vooral
in de infrastructuur - kort hiervóór, op op 14 augustus 2018, stortte
de particulier geëxploiteerde snelweg-brug in Genua in. Bovendien
wilde de links-rechtse regering de liberale wetten van haar
voorgangers, die waren goedgekeurd door sociaal-democraten, ongedaan
maken. Deze omvatte de plannen de afschaffing van de verhoging van de
pensioengerechtigde leeftijd, die was verhoogd van 65 naar 67 jaar, en
het einde van de voor 2019 geplande verhoging van de BTW van 22% naar
24,2%.
Brussel en de aandelenmarkten reageerden in paniek. Waarom? Omdat
werklozen met een laag inkomen in de nabije toekomst misschien niet zo
goedkoop zijn op de arbeidsmarkt? Omdat kleine bedrijven in leven
worden gehouden tegen monopolistische grote bedrijven? Omdat grote
gezinnen hun bestaansbasis kunnen verbeteren? Omdat het idee van het
opnieuw nationaliseren van de infrastructuur of het denken over hoe de
openbare inkomsten te verhogen ten koste van het kapitaal, wanneer de
constante toename van de massale belastingen zoals de btw, voorbij is?
Vanwege dergelijke vooruitzichten zijn financiële markten en het
kapitaal (terecht) gealarmeerd vanwege hun belangen; de
verontwaardiging van Brussel toonde in ieder geval aan wiens kant de
EU-bureaucratie koos en nog steeds kiest.
Op 23 oktober 2018 verwierp de Europese Commissie in een tot nu toe
ongekend proces "logischerwijs" de ontwerpbegroting van een lidstaat -
Italië - en gaf het Rome drie weken de tijd om te "corrigeren", dat
wil zeggen om sociale maatregelen te annuleren. Omdat de coalitie van
Lega en de Vvijfsterrenbeweging ondanks het spervuur van de mainstream
pal achter haar plannen bleef staan en niet toegaf aan de
bezuinigingsverzoeken van Brussel, verhoogde de EU-Commissie de druk.
Op 21 november 2018 effende de Europese Commissie de weg voor een
zogenaamde "tekortprocedure" tegen Italië. Knieval of boete was de
boodschap. Dat laatste was toen nog nooit opgelegd aan een EU-lidstaat.
Polen - de dwarsligger die wel toegaf
Heel anders gaat het om het conflict tussen Brussel en Warschau over
de kwestie van de soevereiniteit van een nationale rechterlijke macht.
Maar ook hier gaat het uiteindelijk om de totaliteitsdrang van Brussel.
Hoewel de rechtspraak volgens "Maastricht" in nationale handen bleef,
in tegenstelling tot het economische, buitenlandse en militaire beleid,
probeerde na "Lissabon" de EU-Commissie ook hier meer en meer grip te
krijgen op de rechterlijke macht.
Brussel heeft al een beroep gedaan op Warschau om de hervorming van de
rechterlijke macht door de rechtse regering van de partij PiS teniet
te doen. In een zogenaamde artikel 7-procedure probeert Brussel de
mogelijkheid van een "bedreiging van de rechtsstaat" te onderzoeken,
en een spoedprocedure bij het Europese Hof van Justitie zou de Poolse
wet inzake de verlaging van de pensioengerechtigde leeftijd voor
opperrechters van 70 tot 65 jaar moeten vernietigen.
Op het eerste gezicht lijkt het alsof Brussel tegen een lagere
pensioenleeftijd is, maar in tegenstelling tot Italië, waar de EU
vanwege kapitaaloverwegingen wil dat men er langer werkt, bevat de
Poolse zaak explosieve partijpolitieke elementen.
In dit geval is het Brusselse uitgangspunt machtspolitiek. Sinds zijn
aantreden in november 2015 is de nationale conservatieve PiS-regering
geconfronteerd met vijandig gezind gerechtelijk personeel, afkomstig
uit het communistische tijdperk en van eerdere liberale kabinetten.
Hier van af te komen, heeft de Poolse regering zichzelf die taak
opgelegd. Brussel verzet zich ertegen; niet omdat de commissarissen
van de EU personeelswijzigingen weigeren, maar omdat de partij
PiS hen niet welgevallige personen uit de hoogste gerechtshoven wil
verwijderen.
Enkele maanden vóór de verkiezingsoverwinning van PiS op 25 oktober
2015, heeft het Liberale Burgerplatform (PO), dat ver achter in de
peilingen stond, er nog snel een nieuwe wet doorheen gejast (ongeveer
net als onze Eerste Kamer nu nog doet met de Klimaatwet) voor het
Constitutionele Hof, hoewel de Poolse president Andrzej Duda geen
haastige veranderingen in het rechtsstelsel eiste.
Tijdens de parlementaire zitting op 8 oktober 2015, vlak voor de
verkiezingen, werden vijf nieuwe constitutionele rechters in
sneltreinvaart benoemd, hoewel hun posten pas ná de verkiezingen in
november en december vacant zouden worden. De liberale greep op de
rechterlijke macht gelukte met de nodige voorzichtigheid: de rechters
van het Hooggerechtshof zouden politiek actief worden, zelfs na de
door PO verloren verkiezingen (een daling van 39,9% tot 24,1%),
waardoor men nu in de oppositie zit.
Brussel trok zich van dit vreemde benoemingsproces niets aan, immers,
de "juiste" rechters waren immers op hun plek terechtgekomen.
De nieuwe door PiS gedomineerde Sejm, het Poolse parlement, heeft de
benoeming van de vijf rechters van de PO teruggedraaid, in twee
gevallen werd dat door het Grondwettelijk Hof uitgesproken, en bij de
andere drie gevallen bleven omstreden.
Vervolgens gingen de rechtse nationale conservatieven ertoe over de
samenstelling van het Grondwettelijk Hof te veranderen met
gebruikmaking van een truc en besloten een wet in te voeren die de
pensioengerechtigde leeftijd van rechters van het Hooggerechtshof van
70 jaar tot 65 jaar zou verlagen.
Dit is van invloed op 16 van de 27 rechters, waardoor PiS voldoende
invloed heeft op de benoeming van nieuwe, toegewijde rechters. Dat is
waar Brussel woedend over is. Maar de verontwaardiging van Brussel
over hoe Polen met haar rechterlijke macht omgaat is hypocriet. Want
terwijl de twijfelachtige benoeming van de rechters door
partijvrienden van de EU-voorzitter van de Raad Donald Tusk,
stilzwijgend in orde werd bevonden halen de EU-machthebbers alles uit
de kast om het opschudden van de rechterlijke macht in Polen, door PiS,
te voorkómen, omdat dat niet past in het liberale EU-concept.
Halverwege oktober 2018 had het Europese Hof van Justitie in Luxemburg
een voorlopig bevel uitgevaardigd, waarmee het zich diep in de Poolse
soevereiniteit mengde. De verlaging van de pensioengerechtigde
leeftijd voor de hoogste rechters van 70 jaar tot 65 jaar werd
opgeschort, Polen moest de volgorde aanhouden en het land legde zich
er de daarop volgende maand bij neer.
Dus, zegt de Europese Commissie en de haar ten dienste staande
mainstream media, werd de onafhankelijkheid van de Poolse rechterlijke
macht hersteld.... (door het afhankelijk te maken van Brussel, maar
dat werd er niet bij gezegd).
Slotwoord (en een waarschuwing van
onze kant)
De politieke en juridische organen van de Europese Unie hebben zich
tot taak gesteld om verklaringen van nationale, regionale of sociale
soevereiniteit in diskrediet te brengen en vervolgens te bestrijden.
Dit doen ze in het belang van grootschalige kapitaalgroepen, waarvoor
grenzen in het algemeen, zij het ruimtelijk of sociaal, een
belemmering vormen.
Brussel beheert de vier kernelementen van de winsteconomie: het vrije
verkeer van kapitaal, goederen, diensten en arbeid. Om de stem van de
mensen te kunnen negéren als deze ergens in opstand komen, werd een
structuur gecreëerd die voor ieder land met een
burgerlijk-parlementair systeem als ondemocratisch zou worden
beschouwd.
De EU-regering, zeg maar: de Europese Commissie, wordt niet uitgevoerd
door volksvertegenwoordigers, maar door niet-democratisch gekozen
belangenvertegenwoordigers van grote ondernemingen en de financiële
sector, het kapitaal. Vaak krijgen zij op hun beurt door
financiële trucjes van bedrijven of de "markten", waardering voor hun
trouwe steun.
De Europese Unie leidt tot een supranationale, bureaucratische staat, en als we er even
over nadenken dan is het dat al lange tijd. De fundamenten waarop de Unie rust,
namelijk de lidstaten, moeten als zodanig worden vernietigd. De
identiteit van de onderliggende volkeren wordt ook vernietigd (en
versneld vernietigd door de massa-migratie - vandaar ook dat na al die
jaren er nog geen stap gezet is om de buitengrenzen dicht te gooien).
Alles wat ook maar naar
onafhankelijkheid ruikt moet uit de weg worden geruimd. De EU zal alle
Europese lidstaten in een kunstmatige vorm dwingen, een vorm die juist
in de Sovjet Unie, Joegoslavië en Tsjechoslowakije is mislukt. Vergeet
niet dat in de internationale politiek maar weinig toevallig gebeurt. Als er wat gebeurt dan kun je er meestal vanuit gaan dat het op die
manier gepland was.
De Eurpese Unie is een klassieke banken- en concernsdictatuur geworden,
waarbij de hele politiek ten dienste staat van de opdrachtgevers. Aan
de burgers wordt het natuurlijk anders verkocht. Als je de documenten
van de EU er op na slaat dan staat er "de binnenlandse markt
vergemakkelijkt de koop en verkoop van producten in de 28 lidstaten
met een gezamenlijke bevolking van zo'n 500 miljoen inwoners. Zij
biedt de consumenten een voldoende aanbod van waren en maakt het voor
hen mogelijk bij de aanschaf de beste en gunstigste producten te kopen".
Dat betekent dat EU burgers niet als burgers met bijbehorende rechten
ziet, maar slechts als recht- en bezitloze slavenarbeiders,
als ge- en verbruikers van goederen en diensten afkomstig van de (grotere)
concerns. Daarom moet er ook tot op het laagste niveau gewerkt worden
aan uniformiteit, zodat het voor concerns goedkoper wordt producten te
maken, die in een grenzenloze Unie verkocht kunnen worden.
Een verdere
uitbreiding van dit nazi-project is het TTIP-verdrag, het "Transatlantic Trade
and Investment Partnership" of ook wel het Transatlantisch
Vrijhandelsverdrag genoemd, dat uiteindelijk tot doel heeft een
wereldmarkt zonder grenzen en hindernissen tot stand te brengen. In
eerste instantie afgewezen (de opstand onder de burgers werd te groot
om het er doorheen te drukken), maar de onderhandelingen van TTIP
versie 2.0 zijn al gaande. Het komt er gewoon, juist omdat de grote
concerns er profijt van hebben (en dan vooral wat betreft de artikelen
over de "eigen" rechtbanken).
De burgers wordt straks natuurlijk opnieuw verteld dat dat TTIP 2.0-verdrag
héél anders is dan het eerste en dat dat met de VS
alleen maar voordelen heeft, terwijl er niet wordt bij gezegd dat de
levensstandaard van de burgers er op achteruit gaat. Voordelen heeft
het zeker, voor de grote concerns.....
De stelling dat de Europese Unie méér democratie heeft voortgebracht,
is een leugen, pure propaganda. Precies het tegendeel is namelijk het geval:
nog nooit hebben burgers binnen de EU zó weinig medezeggenschap gehad
als nu.
Is er ooit iemand gevraagd of men instemt met het opgeven van (in
eerste instantie een deel van) de soevereiniteit van het land waarin
men woont?
Is er ooit gevraagd of men ermee instemt dat men door
niet-gekozen dictators in Brussel geregeerd wil worden?
Of dat men de
eigen munt wilde inleveren voor een gemeenschappelijke munt, die
vanuit een centrale bank in Frankfurt aangestuurd wordt zodat de
lidstaten niets meer te vertellen hebben over hun eigen financiën?
Nee, dat werd allemaal over onze hoofden heen besloten. Niet alleen kunnen
we de dictators in Brussel niet kiezen (of wegsturen), ook de leiding van de Europese
Centrale Bank kunnen we niet benoemen of wegsturen - een leiding die geen enkele
verantwoording over haar daden hoeft af te leggen en onder geen enkel
beding aansprakelijk kan worden gesteld voor haar (mis)daden. Het is
geen dat Draghi afkomstig is van de criminele organisatie Goldman
Sachs.... en dat Barroso vanuit de EU doorstroomde naar datzelfde
Goldman Sachs.
Vervolgens heb je dan ook nog een trojka, een EU-raad, een Europese Commissie,
een nepparlement, de ECB en
het IMF, die buiten ons om beslissen hoeveel of hoe weinig
welvaart een land mag hebben.
We zullen steeds meer geconfronteerd worden met armoede, honger,
ziekte, lijden en ellende, net als met het verdwijnen van burgerlijke
vrijheden (privacy, vrijheid van meningsuiting, referenda) onder het
mom van "bestrijding van het terrorisme" (die men zelf geïnitieerd
heeft) en
het herinvoeren van dwangarbeid en slavernij (bijvoorbeeld
nul-uren-contracten of uitbuiting in de Derde Wereld).
Het zal allemaal uitmonden in een nieuwe oorlog (historisch gezien hèt
middel om crises te bestrijden). De voortekenen van al deze zaken zijn al
enkele decades zichtbaar, en ondanks de fraaie woorden van westerse politici
gaan we zware tijden tegemoet.