Europese Commissie financiert propaganda en lastercampagnes

Brussel smijt met miljarden richting ngo's – maar dat geld is niet alleen voor het klimaat: de EU financiert volop gerichte campagnes tegen politieke tegenstanders en lastige critici. Een onthutsende inkijk in EU normen en waarden.


Transparantie is essentieel om de geloofwaardige deelname van niet-gouvernementele organisaties (ngo's) aan de EU-beleidsvorming te waarborgen. Ondanks enige vooruitgang sinds onze laatste audit, blijft het beeld van de EU-financiering voor ngo's onduidelijk, aangezien informatie over EU-financiering – inclusief lobbyen – noch betrouwbaar noch transparant is", schreef de Europese Rekenkamer op het sociale netwerk X en publiceerde haar meest recente audit over de manier waarop Brussel het geld van de Europese belastingbetaler aan ngo's heeft weggesluisd.

Volgens het rapport van de Europese accountants, over de periode 2021-2023, had de Europese Commissie aangekondigd dat zij “€ 4,8 miljard aan ngo’s heeft toegewezen voor intern beleid.” Daarnaast hebben de EU-lidstaten 2,6 miljard euro ter beschikking gesteld voor het Europees Sociaal Fonds Plus en het Fonds voor asiel, migratie en integratie. Voor deze beleidsmaatregelen is een totaalbedrag van 7,4 miljard euro aan EU-financiering vastgelegd.

Dat betekent dat er 7,4 miljard euro naar ngo's is gegaan die actief zijn op prioritaire beleidsterreinen voor EU-ambtenaren in Brussel, zoals de "Green Deal", migratie, onderzoek en cohesie. Daarvan is 4,8 miljard euro rechtstreeks afkomstig uit de EU-begroting.

De accountants waarschuwen echter: “Deze cijfers moeten met de nodige voorzichtigheid worden behandeld, omdat er geen betrouwbaar overzicht is van de EU-fondsen.” De gepubliceerde informatie is 'fragmentarisch', waardoor het 'moeilijk is te analyseren of er mogelijk te veel geld naar slechts een paar ngo's stroomt.' "Het is niet helemaal duidelijk welke rol ngo's spelen in het EU-beleid."

Het rapport bevat kritische bevindingen over het gebrek aan transparantie bij de Europese Commissie, onder meer over de lobbyactiviteiten van deze ngo's, die met Europees belastinggeld worden gefinancierd.

Uit onderzoek blijkt dat er miljarden euro's naar niet-gouvernementele organisaties stromen. In ruil daarvoor voeren zij lobbyactiviteiten uit ten gunste van het beleid van de Europese Commissie en tegen critici van Brussel. Hierover schreven wij vorige week een artikel. Wij meldden toen dat de Europese Commissie onder leiding van Ursula von der Leyen (over niet-transparant zijn gesproken....) milieuorganisaties heeft gesteund met belastinggeld van europeanen - niet alleen voor klimaat- en milieubescherming, maar ook voor politieke lobbycampagnes. Het doel van de gefinancierde NGO's is om critici van het Brusselse klimaatbeleid aan te vallen en de mond te snoeren.


Eerder was al gebleken dat de Europese Unie de afgelopen jaren haar begrotingsbevoegdheden steeds meer heeft ingezet om de naleving van haar zogenaamde "waarden" te bevorderen – of af te dwingen – met name in lidstaten waarvan de regeringen worden gezien als weerbarstig of niet afgestemd op de politieke agenda van de EU. Het publieke debat heeft zich tot nu toe grotendeels gericht op de ontwikkeling door de EU van mechanismen zoals de conditionaliteitsverordening inzake de rechtsstaat (ingevoerd in 2020), die de uitbetaling van EU-middelen koppelt aan de naleving door de lidstaten van de "rechtsstaat" – zoals die uiteraard in Brussel is gedefinieerd.

Ook toen meldden wij al de nog verontrustender en minder onderzochte trend: het proactieve gebruik van de EU-begroting door de Europese Commissie om haar agenda voor "normen en waarden" te bevorderen via diverse "waardengerichte beleidsinstrumenten". Deze variëren van mediacampagnes, zowel online als offline, tot talloze projecten gericht op "het bevorderen van de waarden van de EU" en "het dichter bij de burgers brengen van de Europese Unie". Hoewel deze programma's werden - en worden - gepresenteerd als inspanningen om de rechtsstaat en de fundamentele rechten te handhaven, onthult een nadere beschouwing een patroon van het gebruik van publieke middelen om een ​​politieke agenda te promoten, vaak ten koste van de soevereiniteit en democratische processen van de lidstaten.

Eén van de belangrijkste voorbeelden is het programma Burgers, Gelijkheid, Rechten en Waarden (CERV), dat enorme bedragen aan maatschappelijke organisaties, waaronder niet-gouvernementele organisaties (ngo's) en denktanks, verstrekt. Veel van de projecten die via dit programma worden gefinancierd, ondersteunen prijzenswaardige en waardevolle doelen. Maar er zijn ook talloze voorbeelden van gevallen waarin deze middelen niet alleen worden gebruikt om een ​​sterk gepolitiseerde benadering van de waarden van de EU te bevorderen, wat met name zorgwekkend is in gevallen waarin deze waarden niet aansluiten bij nationale culturele gevoeligheden, maar ook om de EU zelf en het principe van supranationale integratie te verdedigen. Hier zijn slechts enkele voorbeelden:


Veel van de begunstigde organisaties zijn expliciet toegewijd aan Europees federalisme of integratie, wat in lijn is met de politieke doelstellingen van de Commissie.

Aan het eind van dit artikel gaan we hier nog over door.

Enkele dagen geleden moest de Europese Commissie zelf toegeven dat er sprake was geweest van "ongepaste lobbyactiviteiten" bij gefinancierde projecten van niet-gouvernementele organisaties die waren goedgekeurd in het kader van het EU-Life-programma. Dat  programma, met € 5,4 miljard aan EU-financiering voor de periode 2021-2027, is één van de grootste fondsen van de EU. Het fonds financiert voornamelijk milieuprojecten en klimaatmaatregelen, maar jaarlijks gaat er 15,5 miljoen euro van het fonds naar NGO's in de vorm van exploitatiesubsidies. Dit mechanisme was oorspronkelijk bedoeld om de invloed van lobbybelangen van bedrijven in evenwicht te brengen.

De Europese Commissie erkende dat de door ngo’s ingediende werkprogramma’s in sommige gevallen “onrechtmatige lobbyactiviteiten” bevatten. Ze kon ook niet anders dan ontkennen omdat de feiten voor zich spreken.


Het is vooral opvallend dat het gebrek aan transparantie op financieel gebied geen op zichzelf staand geval is. Slechts ongeveer een derde van de ngo's die als 'non-profit' worden beschouwd, maakt bekend waar hun geld vandaan komt – en wat ze precies met het EU-geld doen. Desondanks werden ze nog steeds gefinancierd. Het verbaast ons niet, als we weten dat Von der Leyen geen enkele openheid heeft gegeven met haar 'geheime' covid-deals met haar vriendje tevens topman bij Pfizer, waarbij zij haar correspondentie met hem heeft gewist (hallo Mark!) en waarbij haar man naar verluidt flink heeft geprofiteerd van de afgesloten deals. Hierover schreven wij destijds een schokkend artikel.

Brussel kondigt ‘correcties’ aan in het LIFE-programma en belooft meer (dus niet volledige) transparantie. Een echt nieuw begin? De Europese Commissie is van plan ngo's te blijven steunen, maar "niet tegen politieke maatregelen of Europarlementariërs". Dus wel tegen politieke tegenstanders of politici in de lidstaten?

De erkenning van de Europese Commissie verraste velen. Deze ogenschijnlijk onverwachte en verrassende stap van Brussel om fouten toe te geven, is echter niet langer verrassend nadat de Europese Rekenkamer haar zeer kritische rapport publiceerde over het gebrek aan voldoende transparantie over waar en waaraan het geld van de Europese belastingbetalers wordt uitgegeven. Beknopt gezegd: het zal ze daar in Brussel een zorg wezen.

Niet-gouvernementele organisaties mogen zichzelf ngo noemen, zonder dat de Europese Commissie controleert of ze daadwerkelijk onafhankelijk en non-profit zijn. Zo wordt een onderzoeksinstituut geclassificeerd als een niet-gouvernementele organisatie, ook al bestaat het bestuur uitsluitend uit vertegenwoordigers van de overheid.

"Het vandaag door de Europese Rekenkamer gepubliceerde rapport bevestigt officieel onze eerdere vermoedens: er is weinig tot geen transparantie bij de toewijzing van EU-fondsen aan ngo's", aldus euronepparlementslid Alexander Bernhuber, geciteerd door het Oostenrijkse mediakanaal Exxpress. De Europese Commissie controleert niet eens of de gesteunde organisaties de waarden van de EU respecteren, en, volgens Bernhuber: “Dit is een tekortkoming in de EU-financiering van ngo’s.”

Hij stelde drie eisen:
- Openbaarmaking van alle contracten tussen EU-instellingen en ngo's
- Verbod op lobbyen bij euronepparlementariërs met gebruikmaking van EU-fondsen
- Volledige financiële transparantie voor alle gefinancierde ngo's
"Het is essentieel om nu actie te ondernemen om het vertrouwen van de burgers in de Europese instellingen te herstellen", benadrukte Bernhuber. "NGO's mogen achter gesloten deuren overeenkomsten sluiten, waarvan de inhoud lange tijd zelfs voor europarlementariërs niet toegankelijk was", aldus Bernhuber.

We schreven hierboven nog even door te gaan op het aspect van de door de EU gesubsidieerde propaganda.

De Brusselse inspanningen komen ons inziens neer op "propaganda by proxy", waarbij de Europese Commissie ngo's en denktanks financiert om haar beleid en doelen te bepleiten – en zelfs namens haar te lobbyen – waardoor de grens tussen onafhankelijke maatschappelijke organisaties en institutionele belangenbehartiging vervaagt. Deze vorm van geheime propaganda kan worden vergeleken met de manier waarop de Amerikaanse overheid via organisaties zoals USAID wereldwijd geld doorsluist naar ngo's om haar geopolitieke belangen te behartigen – een praktijk die veel aandacht heeft gekregen na Trumps bevriezing van buitenlandse hulp.

Door pro-EU-stemmen te versterken en afwijkende perspectieven te marginaliseren, consolideert deze strategie pro-integratieverhalen, terwijl alternatieve standpunten in diskrediet worden gebracht of onderdrukt. Hierdoor worden EU-financieringsmechanismen en ngo's zelf getransformeerd tot instrumenten voor institutionele propaganda die gericht is op het bevorderen van diepere supranationale integratie – een visie die niet alleen niet op unanieme steun in heel Europa kan rekenen, maar ook op groeiende weerstand onder burgers.

Dit vormt een fundamentele omkering van de vermeende aard en rol van "niet-gouvernementele organisaties": in plaats van de aspiraties van het maatschappelijk middenveld over te brengen aan beleidsmakers, fungeren deze zogenaamde ngo's als kanalen voor het overbrengen van de ideeën en perspectieven van beleidsmakers aan het maatschappelijk middenveld – in dit geval specifiek die van de Europese Commissie, waarvan zij voor hun financiering sterk (zo niet volledig) afhankelijk zijn. Ze worden in feite omgevormd tot vehikels voor institutionele propaganda of "zelflobby".

Het EU-ngo-complex is verwant aan de zogenaamde IJzeren Driehoek-theorie, die stelt dat politiek fundamenteel gebaseerd is op een wederzijds voordelige relatie tussen drie belangrijke actoren in de beleidsvorming: bureaucratische instanties (overheidsinstellingen die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van beleid), wetgevende commissies of politici (die beleid creëren en de financiering controleren) en belangengroepen (zoals ngo's, lobbyisten of particuliere bedrijven). Deze drie entiteiten vormen een zichzelf versterkende cyclus waarin ze elkaar bevoordelen, vaak ten koste van de bredere democratische verantwoording of het algemeen belang. Bureaucratische instanties ontvangen financiering en legitimiteit, wetgevers verwerven politieke steun of electorale steun, en belangengroepen verwerven beleid of financiering die aansluit bij hun doelen in plaats van daadwerkelijke maatschappelijke betrokkenheid te bevorderen.

De financiële steun van de Europese Commissie (in feite ons geld) aan ngo's die aansluiten bij de beleidsdoelen van de EU illustreert dit concept. De Europese Commissie speelt een cruciale rol als bureaucratische arm van deze driehoek. Ze wijst financiering toe aan ngo's via verschillende programma's die zich richten op kwesties zoals mensenrechten, klimaatactie, migratie en de rechtsstaat – of vaker wel dan niet ter promotie van de EU zelf. Deze middelen worden vaak doorgesluisd naar organisaties die EU-beleid uitvoeren of pleiten voor EU-narratieven. Door ngo's die aansluiten bij haar prioriteiten strategisch te financieren, bouwt de Europese Commissie een netwerk op van organisaties die haar beleid legitimeren en promoten. Dit zorgt ervoor dat de EU-doelstellingen worden versterkt door "onafhankelijke" actoren, waardoor een schijn van onpartijdige steun voor haar initiatieven ontstaat. Het is in lijn met het streven naar de oprichting van het Vierde Rijk.

Wetgevers, waaronder leden van het Europees nepparlement en nationale beleidsmakers, gebruiken ngo-activiteiten als bewijs van "steun van het maatschappelijk middenveld" voor EU-beleid. Deze politici steunen of breiden financieringsprogramma's vaak uit onder het voorwendsel dat ze initiatieven aan de basis ondersteunen, hoewel veel van de ontvangende organisaties sterk afhankelijk zijn van EU-financiering in plaats van daadwerkelijke publieke bijdragen. Deze goed gefinancierde ngo-sector creëert een feedbackloop, waarbij wetgevers ngo-rapporten en lobbyactiviteiten aanhalen als onafhankelijke bevestiging van EU-beleid. In werkelijkheid weerspiegelen deze organisaties vaak de prioriteiten van de instellingen die hen financieren, waardoor de authenticiteit van hun vermeende onafhankelijkheid wordt ondermijnd.

Zorgelijk is dat deze initiatieven vaak verder gaan dan louter belangenbehartiging en zich ook inmengen in de binnenlandse politiek van lidstaten. Wanneer ze gericht zijn op regeringen die kritisch staan ​​tegenover het EU-beleid, kunnen dergelijke initiatieven mechanismen worden om democratisch gekozen regeringen te ondermijnen of zelfs te proberen te onttronen. Dit vormt een flagrante vorm van "buitenlandse inmenging" in de interne aangelegenheden van soevereine landen, vaak via lokale ngo's die als vehikels voor EU-invloed fungeren – wat wederom een ​​treffende parallel trekt met de activiteiten van USAID.

Het EU-ngo-propagandacomplex is dus een wijdverspreid mechanisme dat buiten zinvol democratisch toezicht opereert en grotendeels onbekend is bij de Europeanen. Het onderzoekt met name hoe begrotingsinstrumenten zoals het CERV-programma niet alleen worden gebruikt om bestuurlijke problemen aan te pakken, maar ook om de politieke visie van de EU te bevorderen.

Het systematische gebruik van ngo's door de Europese Commissie als middel om haar politieke doelstellingen te bevorderen, vormt een dubbele bedreiging. Enerzijds ondermijnt het de democratie door het publieke debat te vertekenen en afwijkende meningen te marginaliseren, terwijl het tegelijkertijd een eenzijdige agenda promoot onder het mom van "betrokkenheid van het maatschappelijk middenveld". Door haar budgettaire instrumenten in te zetten, heeft de EU maatschappelijke organisaties effectief bewapend en ze omgevormd tot instrumenten van institutionele propaganda onder het voorwendsel van het bevorderen van gedeelde "waarden" zoals democratie, de rechtsstaat en grondrechten.

Door zichzelf te positioneren als de ultieme arbiter van waarden, heeft de EU zich boven democratische verantwoordingsplicht gesteld en haar financiële en institutionele middelen gebruikt om een ​​unieke visie op bestuur en integratie op te leggen aan een continent dat gekenmerkt wordt door diverse geschiedenissen, culturen en politieke systemen. In plaats van echt pluralisme te bevorderen, heeft de aanpak van de EU een top-down, technocratisch model in de hand gewerkt dat conformiteit met haar eigen agenda prioriteit geeft boven respect voor de wil van de bevolking in individuele lidstaten. Bovendien, zoals we hebben gezien, beperkt de Europese Commissie zich niet tot het bevorderen van een sterk gepolitiseerde benadering van de waarden van de EU, maar gebruikt ze ook maatschappelijke organisaties om de EU zelf en het principe van supranationale integratie te promoten – allemaal op kosten van de belastingbetaler. We hebben het al  "propaganda bij volmacht" genoemd.

Onder het mom van het bevorderen van waarden en het handhaven van de rechtsstaat worden deze begrotingsinstrumenten ingezet om afwijkende meningen het zwijgen op te leggen en de autoriteit van de EU te consolideren. Dit roept ernstige zorgen op over de verontrustende democratische achteruitgang die overal in Europa plaatsvindt, en die voor een groot deel door de EU zelf wordt veroorzaakt.

Dit onthult een bredere en zeer zorgwekkende trend van antidemocratisch bestuur binnen de EU. Dit is geen geïsoleerd fenomeen, maar onderdeel van een berekende strategie om de macht te centraliseren binnen de supranationale instellingen, met name de Europese Commissie, ten koste van de soevereiniteit en democratische processen van de lidstaten.

Aan de andere kant brengt het systematische gebruik van ngo's als instrument om haar agenda te promoten de geloofwaardigheid en het werk van echte ngo's die cruciale diensten en belangenbehartiging leveren, in gevaar. Deze organisaties lopen namelijk het risico meegesleurd te worden in de onvermijdelijke tegenreactie op het EU-ngo-complex.




[Alle links, bronnen, documenten en meer informatie uitsluitend voor abonnee's]



[11 april 2025]

 

Afdrukken Doorsturen