Amerikaanse grootbanken leven boven en onder de wet

De grootste banken van Wall Street hebben een wetvrije zone om zich heen opgetrokken en niet alleen de Amerikaanse centrale bank maar ook de mainstream media zijn medeplichtig.



Van het intrekken van het recht van het Amerikaanse volk op juryrechtspraak in zaken waarbij Wall Street betrokken is; om schaamteloos hun neus op te halen voor de antitrustwetgeving; om de aandelen van hun eigen bank te verhandelen in de duisternis van hun eigen Dark Pools; het vormen van een eigen beurs - tot het begaan van seriemisdrijven zonder strafrechtelijk vervolgd te worden of zonder dat hun bankvergunningen worden ingetrokken – de grootste banken van Wall Street hebben een wetsvrije zone om zich heen opgetrokken en zijn vandaag de dag gevaarlijker dan ooit in de geschiedenis van de VS.

De gevaarlijkste tijdperken voor het Amerikaanse volk ten opzichte van die grootste banken van Wall Street zijn de late jaren twintig en dertig van de vorige eeuw geweest; de periode 2007 tot 2010; en nu. We weten dat het vandaag de dag het gevaarlijkste tijdperk is, omdat we in de loop der jaren 12.000 pagina's onder ogen hebben gekregen die begin jaren dertig door de Amerikaanse Senaatsbankcommissie zijn geproduceerd over de corruptie op Wall Street aan het eind van de jaren twintig en dertig; we lazen veel regeringsrapporten over de oorzaken van de crash van 2008 en de nasleep ervan, evenals elk belangrijk boek over dit onderwerp; en we hebben op Economedian met grote regelmaat (en vanaf het begin van onze site) de ongekende corruptie van de grootste banken van Wall Street sinds 2008 geopenbaard.

Er is één belangrijke factor die in ons ervan overtuigt waarom het huidige tijdperk van de grootste banken op Wall Street zoveel corrupter en gevaarlijker is dan vroeger: het onvermogen (en onwil) van de mainstream media om hun werk te doen.

De afgelopen tien jaar zijn de mainstream media er niet in geslaagd adequaat verslag uit te brengen aan het Amerikaanse volk over de activiteiten van genoemde banken en de verraderlijke rol van de Federal Reserve als hun geheime steunpilaar. We brengen even in herinnering wat er gebeurde met de zogenaamde bailout-operaties van de Federal Reserve in het laatste kwartaal van 2019.

Op 17 september 2019 steeg de rente op repo-leningen van gemiddeld zo’n 2 procent naar 10 procent – ​​een signaal dat één of meer belangrijke Wall Street-bedrijven in de problemen zaten. De markt voor repoleningen is een markt voor daggeldleningen waar banken, beursvennootschappen, beleggingsfondsen en anderen elkaar voornamelijk leningen voor één dag verstrekken tegen veilig onderpand, doorgaans staatsobligaties. Repo staat voor 'repurchase agreement' (‘terugkoopovereenkomst). Wanneer bedrijven zich terugtrekken uit het verstrekken van leningen aan elkaar komt iemand in de problemen en ontstaat er angst voor het soort besmetting dat zich in 2008 heeft voorgedaan.

Omdat de repo-markt opdroogde, werd de Federal Reserve op 17 september 2019 in feite de markt voor repo-leningen. In de daaropvolgende maanden groeide het aantal nood-repo-leningen exponentieel. En in plaats van alleen maar de gebruikelijke nachtelijke leningen te verstrekken, voegde de Federal Reserve óók wekenlange leningen toe, in sommige gevallen tot 42 dagen. De dollarbedragen van de repo-leningen van de Federal Reserve groeiden tot duizelingwekkende niveaus.

Op 24 oktober 2019 berichtten wij het volgende:

“De New York Fed zal nu tot $ 120 miljard per dag uitgeven aan goedkope "overnight"-leningen aan effectenhandel-bedrijven in Wall Street, wat een dagelijkse stijging van $ 45 miljard ten opzichte van de eerder aangekondigde $ 75 miljard per dag betekent. Bovendien verhoogt het zijn 14-daagse leningen aan Wall Street, een programma dat ook in september zomaar uit de lucht kwam vallen, tot $ 45 miljard. Die termijnleningen zijn sinds september twee keer per week verstrekt, wat betekent dat er nòg eens $ 90 miljard per week zal worden aangeboden, wat het totale wekelijkse aanbod op een verbazingwekkende $ 690 miljard brengt.

Opgemerkt moet worden dat als dezelfde Wall Street-bedrijven deze leningen continu krijgen uitgekeerd, het in feite permanente leningen zijn. We willen even in herinnering brengen dat precies dàt gebeurde tijdens de instorting van Wall Street 2007-2010: sommige wankelende casino's in Wall Street ontvingen individueel $ 2 biljoen (dat is $ 2.000 miljard) aan cumulatieve leningen die twee en een half jaar werden verlengd - zonder de toestemming of zelfs de kennis daarvan van het Congres of het Amerikaanse volk.
Eén bank, Citigroup, ontving meer dan $ 2.5 biljoen aan Fed-leningen, veel tegen een rentetarief van minder dan 1%, in een tijd dat deze bank insolvent was en géén leningen op de open markt kon krijgen - zelfs niet tegen hogere dubbelcijferige rentetarieven.”


De namen van de banken die de repoleningen in 2019 ontvingen, bleven twee jaar lang geheim voor het Amerikaanse volk. Toen de verbluffende cijfers uiteindelijk door de Federal Reserve moesten worden vrijgegeven, kreeg zij een totale nieuws-black-out door de mainstream media. We hebben nog nooit zoiets ongekends gezien in al die jaren dat we over Wall Street schrijven (en er mee gewerkt hebben). Tot de namen van de banken die in het vierde kwartaal van 2019 dringend behoefte hadden aan contant geld, behoorden enkele van de grootste en meest iconische namen op Wall Street.

De cumulatieve repo-leningen van de Federal Reserve voor het vierde kwartaal van 2019, op termijngecorrigeerde basis, bedroegen 19,87 biljoen dollar, gebaseerd op de gegevens die de Federal Reserve twee jaar later publiceerde. Slechts zes handelseenheden van de grootste banken van Wall Street ontvingen 62 procent van de $19,87 biljoen: Nomura ($3,7 biljoen), JPMorgan ($2,59 biljoen), Goldman Sachs ($1,67 biljoen), Barclays ($1,48 biljoen), Citigroup ($1,43 biljoen) en Deutsche Bank ($1,39 biljoen).

Zie bijgaande grafiek: de repo-leningen van de Federal Reserve aan de grootste kredietnemers, vierde kwartaal 2019, aangepast voor de looptijd van de lening:

Neem in ogenschouw deze nieuwsblack-out waarbij de grootste namen op Wall Street betrokken waren met wat er gebeurde na de bailout-operaties van de Federal Reserve van 2007 tot 2010.

Als reactie op de financiële crisis van 2008 kwam de Amerikaanse centrale bank tussenbeide met een grote kluwen van noodleningprogramma's en het lanceren van discount window-leningen. Hoewel de Federal Reserve algemene details heeft vrijgegeven over waarvoor de programma’s in het leven zijn geroepen, heeft zij niet de namen vrijgegeven van de banken van Wall Street en hun handelseenheden die het grootste deel van de leningen voor hun rekening namen, of de bedragen die door elke instelling zijn geleend.

Een vasthoudende onderzoeksjournalist bij Bloomberg News, Mark Pittman, diende bij de Federal Reserve een verzoek in volgens de Freedom of Information Act (FOIA) voor de namen van de banken, de geleende bedragen en de voorwaarden. Volgens de wet moest de Federal Reserve binnen twintig werkdagen reageren. De centrale bank hield Pittman zes maanden lang aan het lijntje, wat ertoe leidde dat de moedermaatschappij van Bloomberg News, Bloomberg LP, in november 2008 een rechtszaak aanspande tegen de Federal Reserve. Bloomberg won die rechtszaak. De Federal Reserve ging vervolgens in 2009 in beroep bij het Second Circuit Appellate Court, in een poging de details geheim te houden voor het Amerikaanse volk.

Wat vooral opmerkelijk is aan deze zaak in hoger beroep is dat precies dezelfde mediakanalen die een donker gordijn trokken rond de onthullingen door de Federal Reserve betreffende de namen van de banken die de enorme repo-leningen van 2019 aannamen, een Amicus Curiae (Vriend van het Hof) briefing hadden ingediend in Bloomberg's beroepszaak in 2009. Die nieuwsmedia waren onder meer Dow Jones & Company, Inc. (eigenaar van de Wall Street Journal en MarketWatch), Reuters, Associated Press en de New York Times.

De Amicus-schrijvers vertelden het hof van beroep het volgende: “Het publieke belang bij openbaarmaking in deze zaak kan nauwelijks groter zijn. Het bestuur van de [Federal Reserve] heeft meer dan 2 biljoen dollar uitgeleend in het kader van de leningprogramma’s die zijn gedocumenteerd in de Remaining Term Reports. Ondanks deze enorme uitgaven weet het publiek weinig over wie deze fondsen heeft ontvangen of over de voorwaarden van hun leningen... Terwijl de Raad algemene gegevens vrijgeeft... weigert het gegevens op transactieniveau te onthullen die identificeren waar het geld naartoe is gegaan. Zonder deze informatie is het onmogelijk om de acties van de Raad te monitoren en wordt het kerndoel van de FOIA verijdeld.”

Laat dit even bezinken. In 2019, slechts elf jaar na de ergste financiële crisis sinds de Grote Depressie, maken dezelfde grootste banken op Wall Street opnieuw ruzie en keren ze terug naar hun oude gewoonten, waarbij ze biljoenen dollars aan goedkope leningen van de Federal Reserve eisen – ondanks dat er geen duidelijke financiële crisis in de Amerikaanse economie is – en de mainstream media stappen niet naar de rechter om de informatie op te eisen en houden de details vervolgens op uniforme wijze verborgen voor het Amerikaanse volk wanneer de gegevens uiteindelijk door de Federal Reserve worden gerapporteerd.

De Federal Reserve verloor de Bloomberg-zaak bij het Second Circuit Appellate Court. De centrale bank was te beschaamd om de zaak voor het Amerikaanse Hooggerechtshof te brengen, omdat de waarnemend advocaat-generaal van president Obama, Neal Katyal, van plan was een brief in te dienen die in strijd was met het standpunt van de Federal Reserve. Daarom werd een groep genaamd The Clearing House Association LLC, bestaande uit enkele van precies dezelfde grootste banken die door de Federal Reserve werden gered,  beroep aangetekend bij het Hooggerechtshof. Het Hooggerechtshof weigerde de zaak in maart 2011 te behandelen, waardoor de beslissing van het Second Circuit Appellate Court van kracht bleef en eer voor de Federal Reserve er niets anders op zat dan het vrijgeven van de gegevens.

De Dodd-Frank-wetgeving inzake financiële hervormingen van 2010 had de Federal Reserve in december 2010 gedwongen de transactiegegevens van haar zeven noodleningen vrij te geven. Toen het Hooggerechtshof weigerde de rechtszaak te behandelen, werden de kortingsvenstertransacties in maart 2011 vrijgegeven. Pas toen de verschillende gegevens werden vrijgegeven, werd er uitgebreid aandacht aan besteed door de mainstream media.

Op 21 maart 2011 bracht Matthew Winkler, hoofdredacteur van Bloomberg News, de volgende verklaring uit:

“Op een gegeven moment, lang voordat de kredietmarkten in 2007 vastliepen en de financiële markten instortten en de [Amerikaanse] economie in de ergste recessie terechtkwam sinds de jaren dertig, vergat de Federal Reserve dat zij de centrale bank voor de bevolking van de Verenigde Staten is en niet een particuliere academie waar besluiten van groot belang aan publieke controle kunnen worden onttrokken. Omdat alleen het Congres de grondwettelijke macht heeft om geld bij te drukken, delegeert het Congres die macht aan de Federal Reserve en deze moet verantwoording afleggen aan het Congres, vooral als het gaat om het openbaar maken van wat zij met het geld van het volk doet.”





[Alle links, bronnen, documenten en meer informatie uitsluitend voor abonnee's]



[13 maart 2024]

 

Afdrukken Doorsturen