In het geniep heeft de Europese Commissie een nieuwe stap gezet in haar beleid de burgers van de EU middels genetisch gemanipuleerd "voedsel" te beschadigen. Zij heeft een mais van de gifmengers van Bayer/Monsanto Group goedgekeurd voor import, een mais die zes Bt-insecticiden produceert. De beslissing werd genomen, hoewel de huidige onderzoeksresultaten wijzen op significante risico's voor het immuunsysteem. Gezondheidsrisico's ontstaan ook door de hoeveelheden glyfosaat en glufosinaat die werden gebruikt om de planten te besproeien, omdat ze resistent zijn tegen deze herbiciden. Brussel kijkt een andere kant op, en vindt de belangen van de industrie belangrijker dan de gezondheid van de burgers in de Europese Unie.
De Europese Commissie vlak voor Kerstmis (het bericht werd
goed verborgen
tussen andere
mededelingen) de invoer van genetisch gemodificeerde maïs MON 87427 ×
MON 89034 × 1507 × MON 88017 × 59122 toegestaan als levensmiddelen
en diervoeders. Deze maïsvariëteit combineert het genetisch materiaal
van verschillende genetisch gemodificeerde lijnen. Het produceert zes
verschillende Bt-insecticiden en is resistent tegen de herbiciden
glyfosaat en glufosinaat.
De Europese Commissie rechtvaardigde de toelating door te stellen dat
de maïs een volledige toelatingsprocedure heeft ondergaan en dat de
EFSA van de Europese Voedselautoriteit een positief advies heeft
uitgebracht.
De organisatie Testbiotech daarentegen vindt deze beoordeling van de
EFSA ontoereikend. Haar kritiek is dat de EFSA mogelijke gecombineerde
effecten tussen de verschillende Bt-toxinen en de residu's van de
sprays niet had gecontroleerd. Deze kunnen in hun geheel veel
toxischer zijn dan de afzonderlijke componenten. Bovendien heeft
recent onderzoek aangetoond dat consumptie van Bt-toxinen allergieën
en andere immuunreacties kan veroorzaken. "Er zijn ernstige
aanwijzingen dat de consumptie van deze genetisch gemodificeerde maïs
schade kan toebrengen aan de gezondheid", vat de CEO van Testbiotech,
Christoph Then, samen. "De Europese Commissie respecteert noch
wetenschap, noch voorzorgsmaatregelen," is zijn verwijt. De burgers
kunnen barsten.
De discussie over de evaluatie van genetisch gemodificeerde planten
waarin verschillende genconstructen zijn gecombineerd, is al enkele
jaren aan de gang. Deze zogenaamde "Stacked Events" zijn het antwoord
van de genetisch ingenieursbedrijven op het feit dat onkruid en
ongedierte steeds resistenter worden tegen hun pesticiden.
Volgens het motto "Eentje werkt er altijd" brengen ze steeds meer
genetisch gemodificeerde gewassen met meerdere resistentie tegen
herbiciden op de markt, die ook verschillende Bt-toxinen tegen
ongedierte produceren. Deze planten worden geteeld in Noord- en
Zuid-Amerika en van daaruit naar de EU geïmporteerd - als ze zijn
goedgekeurd. Daarom is de EU-goedkeuring van dergelijke "Stacked
Events" van groot belang voor telers en de Europese
diervoederindustrie.
Tussen haakjes: Bayer/Monsanto is de producent van het
ontbladeringsmiddel Agent Orange, dat tijdens de Vietnam-oorlog werd
gebruikt. Dat wat betreft het zuivere geweten van deze onderneming.
De reden waarom dit concern gewassen genetisch zó manipuleert dat ze
resistent worden tegen het middel glyfosaat (bekend van het
kankerverwekkende bestrijdingmiddel RoundUp, waarvoor de Europese
Commissie vorig jaar óók toestemming gaf om in de EU te verkopen) is
dat agrariërs dan grotere hoeveelheden pesticiden kunnen aanwenden.
Een win-win situatie.... voor Bayer/Monsanto, that is.
GGO-kritische organisaties zoals Testbiotech of de Europese
wetenschappelijke vereniging ENSSER hebben al jaren kritiek op de EFSA,
omdat die alleen rekening houdt met de afzonderlijke genconstructen in
haar beoordeling van dergelijke planten, maar niet hun interactie. Met
een beroep bij het Europees Hof van Justitie (zaak C-82/17 p) willen
de twee genoemde organisaties ervoor zorgen dat het Hof in drgelijke
gevallen eist dat er verdere onderzoeken gedaan worden. Dat kunnen ze
wel schudden: de advocaat-generaal heeft hiertegen al bezwaar gemaakt:
een voor hen negatief besluit wordt dit jaar door ons verwacht. Niet
verwonderlijk, omdat de Europese Commissie en het Europese Hof van
Justitie uit dezelfde ruif eten.
PS.
Dat de Europese Commissie de belangen van de farmaceutische industrie
(en wellicht die van invloedrijke politici) bóven de volksgezondheid
binnen de EU stelt is geen nieuws, en we kunnen het toelichten met een
nieuw voorbeeld.
Volgens de consumentenorganisatie
Foodwatch zijn in de Europese Unie
honderdduizenden tonnen diervoeder illegaal besmet met genetisch
gemodificeerde bacteriën, die resistent zijn tegen antibiotica. De
bacillus subtilis stamt uit een in China gemaakt en nu verboden
vitamine B2-supplement voor diervoeders. Diverse organisaties
bekritiseerden onlangs de EU-autoriteiten.
Foodwatch:
Duitsland en Engeland hadden al in 2014
een soortgelijke besmetting van B2 met illegale ggo’s gevonden en andere landen
daarvoor gewaarschuwd via het Europese waarschuwingsnetwerk. In oktober
2016 hebben deskundigen van het Duitse orgaan voor
consumentenbescherming en voedselveiligheid (BVL) en andere EU-autoriteiten
gezamenlijk onderzoek gedaan, waarin geconcludeerd werd dat het voer in kwestie
niet verkocht had mogen worden.
Toch werden er op dat moment geen maatregelen genomen om het diervoeder uit de
markt te nemen. De Europese Commissie wachtte tot augustus 2016
om de Europese Autoriteit voor voedselveiligheid (EFSA) om een nieuw advies te
vragen over de veiligheid van riboflavine (80%), geproduceerd door de genetisch
gemodificeerde stam Bacillus subtilis KCCM-10445. Dat advies kwam uiteindelijk
op 7 maart 2018, de EFSA concludeerde dat er sprake is van
een risico voor de gezondheid van mens, dier en milieu.
Maar zelfs nadat de EFSA dit risico had vastgesteld, duurde het tot 19
september 2018 voor er een verbod kwam op het gebruik van vitamine
B2 die is geproduceerd met deze ggo-bacterie als ingrediënt in diervoeders.
De uitvoeringsverordening van de Europese Commissie voorziet zelfs in een
opgebruikstermijn van april 2019 voor diervoeders voor landbouwhuisdieren die
dit toevoegingsmiddel bevatten, en zelfs tot juli 2019 voor voeders voor
niet-voedselproducerende dieren, als dit voer al voor 10 januari 2019 is
geproduceerd.
De Europese Commissie was
van deze besmetting dus al jaren op de hoogte en heeft pas recentelijk actie
ondernomen (maar het middel nog steeds niet per direct verboden).